231
30 augustus 1956.
ders terug zal komen. In een bespreking in een geheime raadsvergadering
slaagt de vöorzitter er misschien in, en spreker hoopt dat ten volle, de
onrust die er bij bepaalde raadsleden bestaat, weg te nemen. Dat kan al-
leen de goede gang van zaken bevorderen en het gezag verstevigen.
De Voorzltter zegt, dat de aangehaalde gevallen eenzijdig zijn belicht.
Uiteraard is het college altijd bereid om inlichtingen te verschaffen. Waar-
om dan, als een raadslid bepaalde klachten bereiken, deze niet aan het
college doorgegeven Dan krijgt het raadslid natuurlijk het volle pond.
Maar spreker protesteert er tegen dat hier bij de rondvraag de indruk
naar buiten wordt gewekt dat er willekeur en terreur is. Ontevredenheid
zal er altijd zijn, daarover gaat het niet.
De heer Scheer herhaalt dat hij de moeilijkheden heus wel ziet en kan
begrijpen. Maar waar het om gaat is dit, dat er bij de huisvesting, hij
gebruikt weer dat onpersoonlijke woord, geen lijn in het werk zit. Wat
voor de een als een motief vöôr wordt gebruikt, wordt voor de ander als
een motief tégen aangewend. In dit verband is spreker van talloze kanten
gezegd, dat de commissie voor de huisvesting altijd uit dezelfde personen
bestaat. Daar komt nooit eens nieuw bloed in. Daardoor komt het dat de
commissie dingen als vanzelfsprekend aanvaardt, maar die door de bur-
gerij niet als vanzelfsprekend worden geaccepteerd. In iedere democra-
tische gemeenschap is het gewoonte dat de leden van besturen of coliege's
wisselen. Waarom dat bij de commissie huisvesting niet gedaan? Dat had
veel narigheid voorkomen.
De heer Rejjnders heeft inmiddels de vergadering verlaten.
De Voorzitter wil alleen als sluitstuk zeggen, dat de vorderingscom-
missie door de raad wordt benoemd en niet door het college van burge-
meester en wethouders. Het staat aan de raad om eventueel andere leden
te kiezen.
De heer Scheer ,,U weet hoe de stemming verleden jaar is geweest."
De Voorzitter. „Ja. Als democraat legt men zich neer bij de meerder-
heid."
De heer Dijkstra zegt, dat men nu ongeveer een jaar bezig is met de
bouw van woningen aan de Glip. Spreker vraagt wanneer de eerste huizen
kunnen worden bewoond.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt, dat men eerst half maart
met de bouw is begonnen vanwege de langdurige vorstperiode. Er staan
nu verschillende huizen onder de kap. Een gedeelte zal dit jaar wel klaar
komen.
Voorts kan spreker nog mededelen, dat de gemeente de beschikking
heeft gekregen over een bouwvolume voor 107 woningen. De plannen hier-
voor worden op het ogenblik uitgewerkt. Spreker zal deze op een zo kort
mogelijke termijn aan de commissies voor volkshuisvesting en openbare
werken voorleggen.
De heer Drs. Weljers vraagt of het geen aanbeveling zou verdienen om
van de leeftijdsopbouw der bevolking een grafiek te maken door middel
van een piramide. Dan kan men gemakkelijk de verschillen overzien die
er met het laatste trimester zijn.
De Voorzitter zal dit in overweging nemen.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
De secretaris,
Woningbouw.
Statistiek.