hadden ingenomen. Dit is eerst geschied in een voltallige vergadering van
ons college waarin deze aangelegenheid wederom uitvoerig is besproken.
Aangezien de commissie steeds voortreffelijk werk gedaan heeft en wij
voor de wijze waarop zij haar zeer moeilijke en verantwoordelijke arbeid
bijl voortduring verricht niets dan lof hebben, daarbij mede in aanmerking
nemende het feit, dat wij herhaaldelijk woorden van waardering door de
Raad gesproken aan de commissie hebben mogen overbrengen, kunnen
wij geen vrijheid vinden U dubbeltallen voor benoeming van de leden van
de vorderingscommissie voor te leggen.
Het enkele feit reeds dat wij U dubbeltallen voor het eerst in 10
jaren zouden aanbieden zou de indruk kunnen wekken dat wij wellicht
töch een of ander bezwaar tegen de commissie zouden hebben, na hetgeen
in Uw beide laatste vergaderingen door een paar leden is gezegd. Wij
willen uitdrukkelijk naar voren brengen dat dit allerminst het geval is
en dat wij een herbenoeming van deze commissie van het allergrootste
belang achten, Stabiliteit in deze commissie is dringend gewenst en ver-
vanging dient o.i. slechts plaats te hebben wanneer iemand om een of
andere reden uittreedt of wel blijken van ongeschiktheid heeft gegeven.
Nu noch het een noch het ander het geval is, dragen wij U, in volle
overtuiging dat hiermede het gemeentebelang het best gediend is, alle
leden der vorderingscommissie, t.w. de heren H. M. van Unen, A. J. J.
Verspoor, J. Schippers, N. J. van der Linden en J. A. A. M. van der
Weiden, voor herbenoeming bij U voor. Het ligt in ons voornemen aan
de op deze wijze samengestelde commissie Mevrouw H. van der Meulen-
Houwer, wederom als adviseuse toe te voegen.
Het is ons bekend, en ook in Uw vergadering werd daarover gesproken,
dat niet ieder tevreden is met de beslissingen ten aanzien van de huis-
vesting. Zolang er zo'n groot woningtekort bestaat zullen er teleurge-
stelden en dus klachten zijn, dat is onvermijdelijk.
Wij achten het niet bevorderlijk voor een goede gang van zaken om,
zonder voorafgaand onderzoek, klachten over huisvesting, die een eenzij-
dig karakter dragen, bij herhaling in Uw vergadering ter sprake te bren-
gen. Het komt ons voor dat vragen, welke zich bij U mochten voordoen,
beter aan ons college kunnen worden voorgelegd, dat immer bereid is
gebleken aan ieder redelijk verzoek van ieder Uwer te voldoen. Na onder-
zoek kunnen dan de resultaten worden medegedeeld. Wij vertrouwen dan
ook in deze het nodige begrip bij U te mogen vinden.
In onze brief van 6 dezer is Uw aandacht gevestigd op de mogelijkheid
namen te noemen voor leden van de vorderingscommissie. Als reactie
daarop werd door Uw medelid de heer Scheer als kandidaat opgegeven
de heer P. J. van Kesteren, Rembrandtlaan 42, alhier.
Uiteraard kunnen ook tijdens Uw vergadering nog namen worden voor-
gedragen. Wij hebben gemeend U deze naam te moeten voorleggen zonder
daarmede te kennen te geven dat deze door ons wordt aanbevolen. Het
tegendeel is n.l. het geval. Wij geven U, zoals hierboven reeds gezegd, in
overweging alle zittende leden opnieuw te benoemen tot lid van de com-
missie bedoeld in artikel 8 der Woonruimtewet 1947.
Heemstede, 19 september 1956.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
T. M. Schelling.
Behoort bij de notulen van de openbare raadsvergadering van 27 sep-
tember 1956.
De secretaris,
27 september 1956