i
104
25 april 1957
De vergadering kan zich zonder hoofdelijke stemming er mede vereni-
gen dat de kosten niet ten laste worden gebracht van het grondbedrijf,
maar ten laste van de gemeente.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens
vastgesteld.
zonder hoofdelijke stemming
IV.
VERLENGING VAN DE TERMIJN DER WONING
ZANDVOORTSELAAN 98.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
36. Verlenging termijn van ontruiming onbewoonbaar verklaarde woning.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
V.
ONBEWOONBAARVERKLARING VAN DE WONINGEN
PRINSENLAAN 3 EN 5.
Het ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrükte stukken onder volgno.
38. Onbewoonbaarverklaring.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
VI. K ASGELDLENIN G 1957.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
37.
Kasgeldlening 1957.
dat de financiële commissie zich hiermede
De Voorzitter deelt mede,
kan verenigen.
De heer Mr. Dr. van Bruggen zegt, dat hij dit voorstel zal steunen
omdat bijzondere omstandigheden dit nodig maken. Wil men kunnen
voortgaan met het bouwen van woningen, dan zal men deze abnormale
methode moeten volgen. Naar aanleiding van hetgeen ten aanzien van
het gemeentelijke financiële beleid in het verslag van de Nederlandse
Bank is opgemerkt, zegt spreker, dat zolang de situatie voortduurt dat
de financiering van de woningbouw praktisch geheel naar de gemeenten
is overgeheveld, men de gemeenten niet als de kwade rakkers moet be-
schouwen die op de meest wonderlijke manier geld uitgeven, want zij ge-
ven hier althans geld uit voor de meest urgente sociale zaak.
De heer Verhoeven is het volkomen met de heer Bruggen eens. Spreker
vindt dat men op deze wijze eigenlijk de weg opgaat van een soort van
inflatoire geldcreatie en dat is niet juist. De enige fatsoenlijke manier
zou zijn om leningen op lange termijn te sluiten, maar dat is door de
centrale overheid onmogelijk gemaakt. De knauw die de gemeenten in
het verslag van de Nederlandse Bank gekregen hebben is onverdiend.
Spreker gelooft toch ook dat het nodig is dat van de zijde van de ge-
meente wordt opgemerkt, dat zij daaraan geen schuld heeft.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.