125
2e Afd.
28 november 1957.
Op bijgaande tekening zijn de reeds opgeleverde woningen aangeduid,
terwijl daarop verder procentsgewijze is aangegeven in welk stadium de
resterende woningblokken thans zijn gekomen.
3 Wanneer het gehele aantal woningen gereed zal zijn, valt moeihjk
te voorspellen, daar verschillende factoren hierbij een rol spelen, zoals een
lange vorstperiode en de ontwikkeling op de arbeidsmarkt m het eerst-
volgende halfjaar. Bij vorst is bijvoorbeeld het stukadoren, het tegelzetten
en -leggen en ook het afschilderen van zowel binnen- als buitenwerk met
verantwoord. ..f
Door de architect en de directie van openbare werken îs en zal dit
ook niet worden toegestaan.
4. Zowel door de archtiect als door de dienst van Openbare Werken wordt
al het mogelijke gedaan om de oplevering te bespoedigen zonder dat even-
wel de kwaliteit van de woningen door eventuele maatregelen wordt ver-
minderd
Deze kwaliteit is, vooral voor de toekomst, een zeer belangrijke factor
en deze weegt stellig op tegen een vertraagde oplevering.
5 In een aan de raad gerichte nota d.d. 17 april jl., welke bij de stukken
ter inzage heeft gelegen, hebben wij mededeling gedaan van het voorstel
aan de Minister van maart jl. inzake de vaststelling van de huren voor
dit complex. Bij de opzet van de daaraan ten grondslag liggende exploita-
tiebegroting werd niet alleen rekening gehouden met een rente van 4/0,
maar werd ook een aanzienlijk hoger bedrag geraamd voor renteverlies
tijdens de bouw nl. 76.232,—, terwijl ook de gevolgen van de nsico-ver-
rekening hoger werden gesteld. Bij deze nieuwe raming van het rente-
verlies is van een langere bouwtijd uitgegaan. Wij verwachten met dat het
thans geraamde renteverlies onvoldoende zal zijn, zodat deze post dus
vermoedelijk geen hogere huren tengevolge zal hebben. Of, en zo ja m
welke mate, andere factoren daartoe aanleiding zullen geven valt thans
nog niet positief te zeggen.
6. Het is niet juist dat de 21 garages, behorende bij het complex van 114
woningen, reeds voltooid zouden zijn. De garages, welke met de schuren
van de omliggende woningblokken één geheel uitmaken, zijn gelijk met
het laatste woningblok opgetrokken en thans zover gevorderd, da.t het
ruberoïd er op ligt en de inrijdeuren er voor hangen. Daar de nolenng
van het binnenterrein tussen de garageboxen nog niet gereeed îs, zijn de
garages niet bereikbaar en evenzo niet gereed voor gebruik.
Voorts dient het binnenterrein nog van gemeentewege te worden opge-
hoogd en aangevuld, waama de puinfundering met bitumendeklaag wordt
aangebracht. De garages zijn dus nog niet voor gebruik gereed, wat niet
uitsluit dat voor het eerste blok reeds aanstaande huurders kunnen zrjn
of worden aangewezen.
Het ligt in de bedoeling, dat de garageruimten zoveel mogelijk en naar
evenredigheid over het gehele complex worden verdeeld.
7. Zoals uit het antwoord op vraag 6 blijkt is er geen sprake van het
verlenen van voorrang voor de bouw van garages boven de bouw van
woningen. Het optrekken der garageruimten hangt nu eenmaal samen
met het geheel.
8. Verwezen moge worden naar de antwoorden op het in de vragen 6 en
7 gestelde. Er zijn nog geen garages gereed gekomen, dus is er van huur-
derving nog geen sprake.