125
2e Afd.
28 november 1957.
9. Deze vraag is siechts ten dele juist gesteld, daar de garages niet ge-
reed zijn en dus niet voor een geruime tijd onverhuurd blrjven.
Zoals uit het antwoord op vraag 5 blijkt, zal naar het zich thans laat
aanzien, het renteverlies geen reden zijn, dat de huren hoger gesteld
moeten worden dan die welke aan de raad bekend zijn.
Het schrijven van de heer Verspoor luidt als volgt:
Het zij ondergetekende als raadslid uwer gemeente vergund zich tot
uw College te wenden met de volgende mededeling en de daaruit voort-
vloeiende vragen:
In verband met de urgentie van het huisvestingsprobleem en de huur-
pnjzen van nieuwe woningen merk ik op, dat enkele maanden geleden
onder volgnummer K 694b een begrotingswijziging is ingediend en goed-
gekeurd voor een post groot ruim f 37.000,—, zijnde het verschil van toe-
gestaan krediet en werkelijke uitgaven betreffende de bouw van 36 etage-
wonmgen en 12 ééngezins-woningen aan de Sportparklaan Ir Lelylaan
en Ringvaartlaan, welk verschil volgens de daarbij behorende toelichting
îs veroorzaakt door „het trage tempo waarin de bouw tot stand kwam
hetgeen het renteverlies tijdens de bouw en de risicoverrekening ongun-
stig beïnvloedt", waarbij m.i. is vergeten op te merken, dat ook het salaris
van de dagelijkse opzichter met sociale lasten, te rekenen op minstens
f 600,per maand, hierbij genoemd had moeten worden.
Thans zijn we nog steeds met het complex van 116 woningen en 21 ga-
rages aan de Glipperweg bezig, op welks trage voortgang ondergete-
kende en ook anderen meermalen uw College hebben gewezen. Bij raads-
besluit van 28 juli 1955 en 29 september 1955 zijn gelden toegestaan voor
bovengenoemde bouw, terwijl thans, na ruim 2 jaren slechts 64 woningen
gei eed zijn, het zich laat aanzien, dat in hetzelfde bouwtempo voortgaande
het wel voorjaar 1958 zal worden vöördat de laatste woningen betrokken
kunnen worden.
Ofschoon ten volle bewust van de moeilijkheden in de bouwwereld blij-
ken toch de mogelijkheden te bestaan dat in een sneller tempo kan ge-
bouwd worden, waarvan enkele gevallen van bouwwerken van dezelfde
omvang in Haarlem-Noord als voorbeeld kunnen dienen; o.a. de bouw
van 88 woningen, 8 winkels, tehuis voor werkende vrouwen (28 woningen)
en 32 garages. Hiervan is de officiële opdracht gegeven, na openbare aan-
^tedmg, op 22 november 1955, doch kon door weersomstandigheden pas
ofticieel aangevangen worden met de werkzaamheden op 9 maart 1958.
Het eerste blok woningen werd bewoonbaar opgeleverd op 30 januari 1957
het laatste blok op 6 juni 1957. Op dit bouwwerk werd z.gn in tarief"'
gewerkt.
Alhoewel het werk aan de Glip véél éérder is aangevangen dan boven-
genoemd werk, ligt het thans reeds, op enkele dagen na, 5 maanden ten
achter daarmee en is de vrees niet ongegrond, dat zulks bij de laatste on-
ievermg uitgegroeid zal zijn tot 10 maanden.
Naar aanleiding van aangehaald voorbeeld, hetwelk nog met meerdere
zou zijn aan te vulien, heb ik de eer de volgende vragen te stellen:
1. Wat voor maatregelen hebben b. en w. genomen om de bouw te be-
spoedigen na de daartoe meermalen gestelde vragen in de raad en in
commissies en wat hebben eventueel deze maatregelen uitgewerkt
2. Wanneer is de opleveringstermijn overschreden hebben b. en w aan
leidmg gevonden deze termijn te verlengen en zo ja, op wélke gronden
en met wélke termijn?