19 december 1957. 270 Spreker is blij dat de heer Verhoeven, al vergeet hij dat hij vanmorgen wel degelijk enige keren Hofstra's naam genoemd heeft - dat is ook door meerderen opgemerkt nu de regering ten deze de schuld geeft. Spreker is blij dat de heer Verhoeven daartoe is bekeerd. Over het verroesten van de betonmolens aan de Prinsenbrug te Haarlem heeft spreker zich inmiddels nog veel beter laten inlichten. Het was wel degelijk een nalatigheid van de industrie, want Figee heeft geen aandacht besteed aan het feit, dat de kogellagers door de Zweedse industrie te laat zouden worden afgeleverd. Toen openbare werken van Haarlem hierop ging aandringen, werd men bij Figee wakker. Dit heeft dus niets met regeringspolitiek te maken maar alleen met een fout in het particuliere bedrijf. De heer van Bruggen heeft gezegd, dat de hoogte van de straatbelasting pas kan worden bekeken wanneer het hele belastingcomplex in zijn nieuwe vorm kan worden overzien. Maar Hij vergeet dat er in november 1954 door i burgemeester en wethouders een weloverdacht voorstel tot verhoging van de straatbelasting is ingediend. Naar sprekers mening heeft een verhoging van de straatbelasting zeer weinig van doen met de algemene belasting- politiek omdat in Heemstede de straatbelasting lager is dan overal elders. De heer van Houten heeft gezegd, dat er na de afsluiting van de rekening 1956 nog een uitgave ten Iaste van die rekening moet worden gebracht. Spreker acht dit onmogelijk, omdat volgens de gemeentewet alle rekenin- gen betreffende een boekjaar moeten zijn ingediend vöôr 1 juni van een volgend boekjaar. Nú kan het wel, omdat er iets achterwege blijkt te zijn gebleven waarop wij hadden gehoopt aanspraak te kunnen maken. De wet- houder had dus wel gelijk, maar spreker refereerde aan de cijfers die hem 3 dagen geleden waren medegedeeld en toen waren zij juist. De heer van Wijk heeft gezegd dat onze bedrijven geen winst maken. Spreker is eens zeer ernstig door de heer van Wijk bestreden toen hij ten aanzien van de bedrijven het woord roofbouw heeft durven noemen. Ach- teraf blijkt echter telkens weer, dat wij ten faveure van de winst op de bedrijven vergeten hebben datgene te doen wat een ordentelijke directie van een fabriek behoort te doen, nl. zorgen voor een goed onderhoud en voor tijdige vervanging van hetgeen versleten of verouderd is. De laatste jaren moet de bestaande achterstand steeds maar ingehaald worden. Geen wonder dat er nu van een tekort bij de bedrijven sprake is. Spreker wil er de heer van Wijk nog op wijzen, dat van burgemeester en wethouders de opdracht is uitgegaan om bij het samenstellen van de bedrijfstarieven een bepaald bedrag voor winst in te calculeren. Dat bete- kent dus dat er winst op de bedrijven wordt gemaakt. Spreker is er echter een voorstander van dat geen winst op de bedrijven wordt gemaakt, om- dat deze winst voor het grootste deel wordt behaald op de arbeiders, waar- door deze in verhouding tot anderen te zwaar worden beiast. De heer Mr. Zeelenberg heeft kennis genomen van de plannen van het college ten opzichte van de woningbouw en het uitbreidingspian. Of deze plannen allemaal gerealiseerd zullen worden ligt natuurlijk in de schoot der goden. Met de heer van Bruggen staat spreker daar wel een beetje sceptisch tegenover. Niet in die geest dat spreker vreest dat de god der frisse winden zijn wind niet zal laten waaien, maar eenvoudig omdat er geen geld zal zijn. Spreker is het met de wethouder eens, dat te verwachten is, dat hoogbouw alleen tot stand zal kunnen worden gebracht middels premiebouw door particulieren en dan ligt het natuurlijk allemaal wat anders. Niettemin zal bouwen dan nog een hele toer zijn. Spreker verheugt zich er echter over dat het college zijn medewerking in beginsel daaraan wil geven. Spreker is ernstig geschrokken van wat de heer van Houten gezegd heeft naar aanleiding van de aanstelling van kleuterhelpsters, al had spre- ker het wel een beetje verwacht. De wethouder heeft nl. gezegd, onder het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1957 | | pagina 45