33
30 januari 1958.
De heer Van Houten, wethouder: Mits zij toestemming van burgemeester
en wethouders krijgen.
De heer Van Lent, wethouder, weet, dat de Bouwkas binnenkort met een
verzoek zal komen om die beperkende bepaling te laten vervallen. Er
blijft dus wel toezicht op de financiële mogelijkheden van de gegadigden,
wat heel normaai is want de gemeente garandeert de hypothecaire lening,
maar gelijkstelling met degenen die vrij bouwen.
De Voorzitter zegt, dat deze zaak dus opnieuw bekeken zal worden in
verband met het feit, dat de toewijzing van dergeiijke woningen niet meer
gaat ten koste van het gemeentelijke bouwvolume.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
De heer Van der Linden verzoekt aantekening dat hij geacht wil worden
te hebben tegengestemd.
IX. VERKOOP VAN EEN GEDEELTE VAN HET ÏNDUSTRIE-
TERREIN.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
15. Verkoop grond van industrieterrein aan de Cloosterweg.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het grondbedrijf zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
IXa. AANGAAN GEHDLENING 25.000,—.
Het ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno.
16. Geldlening 25.000,
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor de financiën zich hier-
mede kan verenigen.
De heer Mr. Dr. van Bruggen doet een beroep op het geduld van de
voorzitter omdat het misschien de schijn zal hebben dat hij even buiten de
orde gaat.
Er is een bekend vlaams boek van Ernest Staes, advocaat, de zogenaam-
de Vlaamse Camera Obscura.
Toen spreker dit voorstel las, kwam hem onwillekeurig een gedichtje
voor de geest hetwelk in dat boek voorkomt en waarin staat: „Dat Ernest
met Bertha vrijt, staat hier geschreven met wit krijt. Dat Bertha Ernest
bemint, staat hier geschreven met zwarte inkt". Wat zijn nu de prikkel-
woorden geweest die dit versje uit het onderbewustzijn naar voren hebben
gebracht? Dat is het woord krijt en dan denkt spreker aan dubbel krijt;
dat is het woord zwart en dan denkt hij aan zwarte rente en dat is het
woord beminnen, dat beminnen van de Bank voor Nederlandsche Gemeen-
ten van de gemeente Heemstede. Het iaatste doet spreker denken aan
het beminnen van een dier dat hij niet zal noemen, maar waarvan het
spreekwoord zegt: Aap wat heb je een mooie jongen en dat zijn jong zo
bemint en zo dierbaar aan zijn hart drukt, dat het in ademnood geraakt
en tengevolge daarvan succumbeert.
Spreker wil hiermede alleen zeggen, dat de Bank voor Nederlandsche
Gemeenten met dubbel krijt geschreven heeft doordat deze bank een
rente vraagt die de natuurlijke rente van dit ogenblik al te boven gaat en
met de conditie dat praktisch gesproken niet kan worden geconverteerd.
Tot 1 april 1968 mag niet extra afgelost worden, zodat de gemeente de