27 februari 1958
50
en de verpleegden een instantie is. Haar gedachten zijn daarbij uitgegaan
naar bejaarden die niet in rusthuizen van kerkelijke instanties willen
worden verpleegd. Er zou dus een bepaalde inrichting moeten komen die
niet door een kerkelijke instantie wordt geëxploiteerd. Zij ziet daarom in
dezen een taak voor de gemeente.
Wel heeft spreekster het toegejuicht dat in de verordening alles niet
zo uitgebreid en dwingend is voorgeschreven als op sommig terrein mis-
schien wel mogelijk ware. Men zou bijv. kunnen eisen, zoveel sanitair op
zoveel verpleegden. Zij deelt in dezen volkomen het standpunt van de wet-
houder, nl. dat gestreefd wordt naar het geleidelijk verbeteren van een
bestaande toestand. Het is misschien niet zo gelukkig geweest om bij
deze verordening verband te leggen met de grondwet en koninklijke be-
sluiten. Zij wil ook wel spreken van een verordening waarvan de uitvoering
in handen van burgemeester en wethouders is gelegd. Zij heeft alleen maar
haar vreugde willen uitdrukken dat burgemeester en wethouders zelf van
oordeel zijn dat deze verordening nog maar een begin is en dat men op
dit terrein graag nog wat verder wil gaan. Bovendien staat in de ver-
ordening dat telkens na 5 jaar een nieuwe vergunning moet worden aan-
gevraagd. Dat houdt dus in, dat de rusthuizen na verloop van die termijn
op hun kwaliteiten bekeken zullen worden.
De heer Zegwaart vestigt er de aandacht op, dat hij geen antwoord
op zijn vraag heeft ontvangen.
De heer Dijkstra zegt, dat de rusthuizen dus grotendeels bevolkt worden
door mensen van buiten deze gemeente. Spreker vraagt of de Heemsteedse
gegadigden in deze tehuizen een zekere voorrang hebben.
De heer Van Houten, wethouder, beaamt zulks.
Spreker wil de heer Zegwaart wijzen op artikel 3, le lid, onder h, waar-
uit blijkt, dat bij een verzoek om vergunning moet worden opgegeven
de namen en geboortedata van hen die tot het personeel behoren, alsmede
gegevens omtrent hun opleiding. Het is zeer zeker de bedoeling dat ook
aan de voorwaarde van bevoegd verplegend personeel wordt voldaan.
Naar aanleiding van de opmerking van de heer Zeelenberg over het
woord geriater, zegt spreker, dat Haarlem zelf spreekt van een geria-
trische dienst en van Dr. Kok als de geriater.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld.
XXII. 3e WIJZIGING DER ALGEMENE POLITIEVERORDENING
VOOR DE GEMEENTE HEEMSTEDE.
Het voorstel met ontwerpbesluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
38. 3e Wijziging der algemene politieverordening voor de gemeente
Heemstede.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor de strafverordeningen
zich hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
XXIII. BEGROTIN GS WIJZIGIN GEN
DIENSTJAREN 1956, 1957 EN 1958.
Besluit model D no. 13 tot wijziging van de gemeente-begroting, dienst-
jaar 1956, aangevende voor de gewone dienst in uitgaven een vermeerde-
ring en vermindering van 475,
Besluit model D no. 8, tot wijziging van de gemeente-begroting dienst-