50 4e Afd. 27 maart 1958 BEEINDIGING GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING VOLKSKREDIETBANK VOOR HAARLEM EN OMLIGGENDE GEMEENTEN. Aan de Raad, Sinds 1941 is de gemeente Heemstede aangesloten bij de gemeenschap- pelijke regeling van de gemeenten Haarlem, Velsen, Beverwijk, Bloemen- daal en Zandvoort, inzake de exploitatie van de Volkskredietbank van Haarlem en omliggende gemeenten. Bij raadsbesluit van 25 oktober 1956, no. 105 werd deze gemeenschappelijke regeling, waarbij zich inmiddels ook de gemeenten Hillegom, Heemskerk, Haarlemmerliede en S'paarnwoude alsmede Bennebroek hadden aangesloten, laatstelijk vastgesteld. Werd in de begroting van deze instelling voor 1957 het tekort op de ex- ploitatie geraamd op 18.908,voor 1958 wijst de oorspronkelijke be- groting een tekort aan van 49.150,Het valt te vrezen, dat dit tekort nog aanmerkelijk groter zal zijn. Door verschillende omstandigheden toch worden de exploitatiekosten ongunstig beïnvloed. Zo liep de omzet, als gevolg van de van regeringswege voorgeschreven kredietbeperking, terug. Verder heeft het gemeentebestuur van Haarlem bepaald, dat de uitstaande saldi, welke voorheen 1.400.000,bedroegen, moesten worden terugge- bracht tot 1.000.000,terwijl voorts de rente voor de in rekening-courant opgenomen gelden zeer sterk verhoogd werd. Een en ander alsook de naar verhouding van de omzet hoge kosten voor salarissen, pensioensbijdragen en sociale lasten, welke kosten niet gecom- penseerd kunnen worden omdat de geldende tarieven voor de uitgeleende gelden de grens van het in de Geldschieterswet genoemde maximum be- reikt hebben, zijn voor de gemeente Velsen aanleiding geweest de deel- neming aan de gemeenschappelijke regeling met ingang van 1 januari 1959 beëindigen. Ingevolge de gemeenschappelijke regeling wordt het tekort van de bank jaarlijks gedekt door de aangesloten gemeenten. Door de uittreding van Velsen zal de verhouding tussen inkomsten en uitgaven nog ongunstiger komen te liggen. Evenals andere aangesloten gemeenten hebben ook wij er ons over beraden, welke gedragslijn onze gemeente zal dienen te volgen. Ingevolge artikel 18 van de gemeenschappelijke regeling geldt deze tot en met 31 december 1958 en wordt zij telkens geacht stilzwijgend te zijn verlengd voor de duur van vijf jaren. Indien een gemeente de deelneming na afloop van de geldigheidsduur wenst te beëindigen, moet deze daarvan tenminste 9 maanden vôôr die afloop kennis geven aan de Raad van Be- stuur van de Volkskredietbank. Deze zendt daarvan uiterlijk 6 maanden v66r de afloop bericht aan de overige gemeenten en doet daarbij een voor- stel tot opheffing, tot wijziging of tot ongewijzigde voortzetting van de regeling. Zou de Raad van Bestuur als een gevolg van het uittreden van Velsen komen met een voorstel tot ongewijzigde voortzetting, dan zouden de gemeenten, die de regeling niet hebben opgezegd vöör 1 april a.s. daaraan weder gebonden zijn tot en met 31 december 1963. Deze toestand achten wij minder gewenst. De werkzaamheid van de Bank is ook voor onze gemeente van belang gebleken. Over de jaren 1952 t/m 1957 bedroeg het aantal behandelde gevallen van inwoners van Heemstede respectievelijk 148, 177, 200, 221, 182 en 166. Desondanks achten wij het onder de gegeven omstandigheden niet verantwoord de gemeenschappelijke regeling stilzwijgend t/m 1963 te ver- lengen. Het is niet onze bedoeling deze opzegging onherroepelijk te doen zijn. Wij beogen daarmede slechts de gemeente haar vrijheid van handelen te doen behouden bij het zoeken naar een bevredigende oplossing voor de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1958 | | pagina 25