27 maart 1958
73
nog op wijzen, dat het terrein voorbij de Prinsenlaan inderdaad een mooi
gedeelte van de Herenweg vormt, maar ook dat zal op de duur een andere
bestemming- moeten krijgen omdat buitenplaatsen als zodanig niet meer te
bewonen zijn. Kort geleden heeft spreker daarover nog een onderhoud ge-
had met Mej. Ribbius Pelletier waarbij alle buitenplaatsen nog eens onder
de loupe zijn genomen. Slechts 3 buitenplaatsen bleken nog door particu-
lieren te worden bewoond. Wanneer zij de bewoning van hun buitenplaatsen
beëindigen, zal het erg moeilijk zijn om particulieren te vinden die zo'n
buitenplaats willen bewonen. Dat is ook de reden waarom burgemeester
en wethouders bereid zijn aan instellingen die deze buitenplaatsen kopen,
een ruimer bebouwingspercentage toe te staan dan in het uitbreidingsplan
staat aangegeven om het mogelijk te maken dat de buitenplaatsen als
zodanig bewaard blijven.
De Voorzitter wil vooral wijzen op het gevaar dat men de opvatting zou
kunnen gaan huldigen, dat dit zou gaan tegen het katholieke volksdeel van
de gemeente, omdat op Kennemeroord een bejaardentehuis komt van de
Ned. Herv. Kerk en op Kennemerduin een bejaardentehuis van de Gerefor-
meerde Kerk. Spreker hoopt van harte dat men de overtuiging zal hebben
dat dit bij het college in genen dele heeft gespeeld. Burgemeester en wet-
houders zijn uiteraard bereid om aan elk plan, niet op dit terrein, dat zal
worden ingediend voor de stichting van een bejaardentehuis voor katho-
lieken, zoveel mogelijk medewerking te verlenen.
De heer Verhoeven blijft constateren dat hier wordt gespeeld op de
jongenskiel-sentimenten van de leden van de raad. Er wordt nu gesproken
van een uniek binnenduin. Spreker herinnert zich nog dat we ook een
unieke brug hebben waarvan we de grondvesten zullen gaan herstellen.
Spreker gelooft, dat het nu wel eens een keertje gedaan mag zijn met die
unieke dingen. Indien de plannen voor de bebouwing van het unieke bin-
nenduintje doorgaan, dan blijft dit een uniek binnenduintje, alleen ligt het
dan ergens voor de deur. Het is n.l. zo, dat het gebouw met de zijkant naar
de Herenweg zal worden geprojecteerd. Er is dus geen sprake van dat dit
eventuele natuurschoon zal worden aangetast. Het is juist die verkeerde
voorstelling van zaken die de door de wethouder genoemde instanties door
het hoofd speelt.
Spreker heeft tot zijn spijt moeten bemerken, dat, wanneer dit terrein
zo zou moeten blijven liggen en de eigenaar zou bereid zijn dit tegen een
redelijke prijs aan de gemeente te verkopen, de wethouder in zijn hoofd
heeft om daar een wandelpark van te maken.
Spreker komt daardoor weer in de Rabelais-sfeer, want Rabelais heeft
nog een tweede boek geschreven na zijn Pantagruel, n.l. La vie inestimable
du grand Gargantua, pêre de Pantagruel, en die Gargantua was een man
die men zich nog wel zal herinneren uit de aanduiding ,,een Gargantuaanse
maaltijd". S'preker krijgt toch wel de indruk dat de gemeente gargan-
tuaanse ideëen koestert over wandelparken die zij zich kan permitteren.
Wij hebben aan ons wandelpark Groenendaal meer dan genoeg. Dwaas-
heid, gooien met geld als de gemeente het Overbos daarvoor zou willen
kopen. Spreker is van mening, dat, indien aan de Planologische Dienst en
de Directeur van het Nationale Plan zou zijn voorgelegd hoe die bebouwing
zou gebeuren, die instanties misschien wel tot andere gedachten zouden zijn
gekomen. Als gewoon burger heeft men bij de Planologische Dienst geen
entree, daarvoor moet men de bemiddeling zoeken van het gemeentebe-
stuur. Wanneer nu het gemeentebestuur, als vertegenwoordiger van de
raad, die plannen eenvoudig niet overbrengt respectievelijk niet de gelegen-
heid biedt om die plannen te laten zien, dan staat het er met de gewone
burger slecht voor.
Spreker zou daarom het college willen verzoeken dit punt van de agenda
af te voeren en de Stichting huize St. Bavo alsnog in de gelegenheid te