64
27 maart 1958
gewoon onderhoud aan de raad behoeft te worden gevraagd waarbij telkens
het gevoel wordt gegeven dat het molentje op instorten staat. Spreker zal
echter graag zijn stem aan dit voorstel geven omdat niemand dit molentje
toch zal willen missen.
De heer Mr. Zeelenberg kan het tot zijn spijt op dit punt niet met de heer
Zegwaart eens zijn. Spreker vindt het aangevraagde krediet al hoog ge-
noeg. Als voor dit geval nog meer geld uitgegeven moet worden, zou
spreker toch willen vragen er mee op te houden. Artistieke waarde heeft
het molentje nauwelijks. Het is weliswaar een antiek geval maar curiosi-
teitswaarde heeft het niet. Ook uit historisch oogpunt bezien heeft het
geen betekenis. Het is enigszins van waarde als kitscherig geval bij de
mooie hertenkamp. Spreker heeft er geen bezwaar tegen om het krediet te
verlenen, maar men moet hierbij toch ook niet verder gaan.
De heer Zegwaart: De heer Zeelenberg heeft dit mooie molentje natuur-
lijk niet als jongen gekend.
De heer van Lent, wethouder, zegt, dat hij met de heer Zeelenberg eens
is dat het molentje geen historische waarde heeft. Spreker vindt het echter
wel een curiositeit die bij Groenendaal hoort en op die plaats toch wel een
uiterst aardig effect geeft. Spreker zou het buitengewoon betreuren als dit
100-jarige molentje door verval gesloopt zou moeten worden.
Naar aanleiding van de vraag van de heer Verspoor merkt spreker op,
dat bij de vorige kredietaanvrage voor dit doel inderdaad stond vermeid
dat de eerste 5 jaar geen buitengewoon onderhoud aan het molentje zou
behoeven plaats te vinden. Die termijn is inmiddels ruim overschreden.
Voorai inwendig heeft de molen nu een grote beurt nodig. De balken die
zich in de molen bevinden en die misschien al heel oud zijn, zijn hier en
daar vermolmd en aangetast door houtworm. Wanneer dit krediet verleend
wordt kan het molentje echter weer jaren mee zonder dat, buiten het ge-
wone onderhoud als schilderen e.d., daaraan iets extra's behoeft te ge-
beuren.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
VII. VOORBEREIDING VAN EEN HERZIENING VAN HET UITBREI-
DINGSPLAN VOOR HET TËRREIN TEN OOSTEN VAN DE HEREN-
WEG, TEN ZUIDEN VAN GROENENDAAL EN VAN MERLENVAART
EN VOOR ZOVER NIET BEGREPEN IN HET „PLAN IN
ONDERDELEN GLIP I".
Het ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno.
43. Herziening uitbreidingsplan.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
VIII. VERLENGING TERMIJN ONTRUIMING VAN DE ONBEWOON-
BAAR VERKLAARDE WONINGEN GLIPPERWEG 18, 20 EN 24.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
44. Verlenging termijn ontruiming onbewoonbaar verklaarde woningen
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.