86
24 april 1958.
beslissen of zij daaraan wilden deelnemen en dat is met de I.Z.A. of andere
ziektekostenregelingen niet het geval. Dit mag de ambtenaren wel een
klein offertje waard zijn. Persoonlijk stelt spreker zich op het standpunt
dat de vrijheid veel waard is. Dit is, naar spreker geïnformeerd is, bij de
ambtenaren ook het geval. Bij de beoordeling van dit punt dient men dat
wel onder de ogen te zien.
De heer Mr. van Wijk, wethouder, zegt dat de ondergrond van dit voor-
stel is gelegen in de verhoging van de verpleegprijzen. Hiertegen is weinig
in te brengen, zoals de raad, blijkens zijn reacties, ook wel begrepen heeft.
Het college is natuurlijk altijd ingenomen met suggesties om voorzichtig
te zijn, ook al zouden die suggesties overbodig zijn. Wat hier nu gebeurt
is in Haarlem al eerder gebeurd. Spreker gelooft dat het niet de bedoeling
van de heer Zegwaart was om iets te laten doorschemeren van dépit over
een vroeger genomen besluit. Hij heeft aangekondigd dat hij misschien
hier nog weer op terugkomt. In elk geval was het niet zijn bedoeling de
kwestie I.Z.A. of geen I.Z.A. aan de orde te stellen, zodat deze thans
buiten beschouwing kan worden gelaten.
Op één punt moet spreker bepaaldelijk met de heer Zegwaart van
mening verschillen. Het is nl. niet zo dat hier geprobeerd wordt op een of
andere manier vroeger geleden verliezen op een verkapte wijze te ver-
disconteren. Die verliezen zouden dan zijn ontstaan doordat men een Iage
premie als lokprijs zou hebben gesteld. De heer Olthoff gaf de verzekering
dat dit verlies niet in deze verhoging der premie is verdisconteerd. Hierin
zijn alleen verdisconteerd de verhoogde verpleegprijzen, dokterskosten,
enz. Burgemeester en wethouders hebben dit naarstig nagerekend. Zij
hebben er eerst op afgedongen maar zijn overtuigd geworden dat de
nieuwe premie niet onbillijk is. Het is nu eenmaal zo, dat, wanneer de
kosten hoger zijn deze ook betaald moeten worden.
Het college blijft buiten de kwestie van vrijheid of niet-vrijheid voor de
ambtenaren voor zover deze kwestie hiermede te maken heeft. Alleen kan
spreker in het algemeen zeggen dat ook voor het college de vrijheid een
hoog en kostbaar goed is.
De heer Zegwaart zegt, dat hij zeker niet de bedoeling heeft gehad om
te beweren dat men met de nu gevraagde premie een vergoeding zou wil-
len hebben voor wat over de afgelopen tijd te weinig is ontvangen. Spreker
heeft alleen gedoeld op de verhoogde prijs die in de toekomst gevraagd
zal worden.
De heer Mr. van Wijk, wethouder, antwoordt, dat, wanneer zo iets dreigt,
burgemeester en wethouders dit tijdig hopen te signaleren.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
XI. BEGROTIN GS WIJZIGIN G 1958.
Besluit model D no. 4 tot wijziging van de gemeente-begroting dienst-
jaar 1958, aangevende voor de gewone dienst in inkomsten een vermeer-
dering van 44.069,74 en een vermindering van 46.780,82 en in uitgaven
een vermeerdering van 5.694,en een vermindering van 8.405,08 en
voor de kapitaalsdienst in uitgaven een vermeerdering van /203.500,
De Voorzitter deelt mede, dat de financiële commissie zich hiermede
kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.