21 augustus 1958. 174 zou kunnen bestaan als in dit college heeft bestaan". (applaus). De heer Mr. Zeelenberg zegt: ,,Mijnheer de voorzitter, mijne heren en mevrouw van Nispen. U hebt bij Uw afscheidswoord de 3 fractieleiders die in de komende raad niet meer zullen terugkeren, apart gememoreerd. U hebt gemeend hen in hun activi- teit te typeren en mijzelf buiten beschouwing latende het past mij met daarover te oordelen geloof ik, dat U de beide andere heren wel goed hebt getypeerd. De goedhartigheid, de impulsiviteit van de heer Reijnders, het feit dat hij wel eens meer met het hart dan met zijn verstand tot zijn besluiten kwam en de heer van Bruggen door te zeggen dat hij altijd dege- lijk goed gedocumenteerd, houdend van een grapje, zijn betoog hield. U hebt ons drieën getypeerd door eigenschappen te noemen welke passen bij de partijen die wij vertegenwoordigen. Dat ligt eigenlijk ook wel voor de hand, want wanneer men zich op een gegeven moment met de politiek gaat bemoeien sluit men zich natuurlijk aan bij die partij welke past bij zi]n karakter.' Terecht noemt men politiek de kunst van het best berexkbare. De politiek wordt daardoor enerzijds een vraag van methode n.l. van de methode volgens welke naar de opvatting van de betrökkenen de openbare zaak het best behartigd kan worden, het staatbestel het beste kan worden ingericht. Anderzijds blijft het een kunst, dus iets persoonlijks. Bij de be- slissing over de methode spelen persoonlijke factoren van karakter, levens- besehouwing, godsdienst mede een rol. Zij zullen dat ook bij iedere con- crete besluitvorming doen. Deze zienswijze brengt mede, dat naar mijn gevoelen het toch voor iemand die een godsdienst bewust belijdt, niet persé noodzakelijk îs zich bij een confessionele partij aan te sluiten. Ik geloof dat ik geprobeerd heb in deze raad steeds een behartiger te zijn van de openbare zaak met de methode die de liberale gedachte tot grondslag heeft. Natuurlijk spreek. het hart daarbij mee, dat is onvermijdelijk want het zijn mensen die het doen In de eerste plaats echter proberen wij de meest praktische, de beste weg de goede methode te vinden, waarbij wij een ieder zoveel mogelijk zich'zelf laten zijn. Dit is geloof ik door ons en in ieder geval door mij, als liberaal in hart en nieren, steeds naar vonen gebracht. In het V.V.D.-milieu spreekt men altijd nog van liberalen en socialisten, namen waarmede vroeger de partijen werden aangeduid. Wel eens honend zegt men mij: aan de benaming die gij voor de partijen gebruikt kan men zien dat U lid van de V.V.D. bent. Dat is merkwaardig. Ik geloof dat het komt doordat wij enigszins hechten aan de naam. Dat die naam van liberalen voor ons iets wezenlijks is Net zoals voor ons altijd nog de benaming socialisten iets wezenlijks is. Ik weet wel dat er bij elke partij veel veranderd is, maar er is toch ook iets wat niet veranderd is, n.l. wat ik zou willen noemen het kiimaat van de partij. Ik geloof dat dit klimaat ook een factor is welke mede bepaalt bij welke politieke partij men zich zal aansluiten. Men kiest dîe partij waarvan men de methode het beste vindt, die het best past bij zijn karakter en wereldbeschouwing en in het klimaat waarvan men zich het beste thuis voelt. Men kan met een bepaalde godsdienstige overtuiging bij meer dan één partij terecht, maar persoonlijk zal ik, omdat het klimaat het mijne niet is, nooit terecht kunnen bij een van de andere partijen die hier in onze raad op zo lofwaardige wijze vertegenwoordigd zijn. Ik heb gemeend bij mijn afscheid van de politiek deze beschouwing niet achter- wege te mogen laten. De opdracht te vervullen om de belangen van de V.V.D. niet alleen, maar de belangen van de gemeenschap als geheel, langs de weg die ons liberalen als de beste voorstaat, te behartigen, is voor mij een grote vreugde geweest. Het is ook voor mij een grote bevrediging ge- weest, want het heeft mij de gelegenheid gegeven aan te tonen, dat, terwijl de woorden „liberale katholiek" niet zo'n prettige klank hebben, de uit- drukking de „katholieke liberaal" zeker geen contradictio in terminis îs". (applaus).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1958 | | pagina 17