2 september 1958.
182
lang van Heemstede acht sprekers fractie op dit ogenblik 4 wethouders
noodzakelijk. Het lijkt haar echter niet juist zich te binden aan het geven
van duurzaamheid daaraan.
De heer Mr. Pliester wil verklaren, zoals trouwens van ouds bekend zal
zijn, dat zijn fractie van mening is, dat een plaats als Heemstede vol-
doende bestuurd kan worden door 3 wethouders. De bijzondere omstandig-
heid waarop de heer Rutgers zoëven al heeft gedoeld en welke voor ons
doorslaggevend is, n.l. dat de voorzitter de wens te kennen heeft gegeven
dat hij de afd. onderwijs niet meer zal beheren, heeft sprekers fractie er
toe gebracht om zich voor de komende periode neer te leggen bij een college
met 4 wethouders.
Naar aanleiding van het voorstel van de heer Verkouw c.s. zegt spreker,
dat zijn fractie dit niet zal steunen. Niet alleen zitten wij hier niet om
beslissingen ad hoc te nemen maar alle beslissingen die wij nemen zijn van
meer duurzaam karakter. Mocht daaraan in verband met de verklaring
van de heer Rutgers een andere betekenis toegekend moeten worden, dan
meent spreker toch dat wij hier voorlopig in principe wel toe kunnen be-
sluiten als wij ons voorstellen dat het voor de komende periode is. Dit is
de reden waarom ondanks de voorkeur voor 3 wethouders, zijn fractie
graag het voorstel van de heer Verhoeven c.s. zal steunen.
De heer Verkouw zegt, dat er voor de fractie van de P. v. d. A. zeker
geen aanleiding is om, na het aanhoren van de zo juist door de heer Rut-
gers afgelegde verklarinp- en met de wetenschap van wat hiervan het ge-
volg zal zijn, te applaudiseren. Zij meent zich echter wel enkele opmerkin-
gen te mogen veroorloven. In de eerste plaats over de gevolgde procedure.
Het is in ons land tot nu toe een goede gewoonte om in het voor-overleg
alle bona-fide fracties als voiwaardig te betrekken. Dat men met name in
een gemeente van de standing van Heemstede van deze gewoonte is afge-
weken, valt te betreuren; is geen gelukkige start en siert dunkt ons aller-
minst hen, die daartoe het besluit namen. Indien hierin een uiting gezien
moet worden van het respect, dat men de Partij van de Arbeid en haar
vertegenwoordigers toedraagt, dan moet men wel sterk gaan twijfelen aan
de mogelijkheid van een goede samenwerking en aangename persoonlijke
verhoudingen in de periode die voor ons ligt. Zeker, vrijdagavond 29 augus-
tus mocht een vertegenwoordiger van onze fractie alsnog aan een te elfder
ure gearrangeerde bespreking deelnemen, maar van een redelijk overleg
kon toen geen sprake meer zijn, omdat men, buiten de P.v.d.A. om, over de
verdeling van de wethouderszetels al beslist had. Dit heeft ons bovenal ge-
griefd, omdat wij ons tijdig voor elk overleg hadden opengesteld, gegriefd
omdat wij bij informatie van de V.V.D. naar de K.V.P. werden verwezen,
waarbij wij tot de ontdekking moesten komen, dat de leiders van deze
fracties blijkbaar zo bezet waren, dat er alleen tijd kon overschieten voor
de bovengenoemde schijnvertoning.
De P. v. d. A. heeft er akte van genomen, dat deze gang van zaken ook
bij leden van de andere partijen een gevoel van onbehagen heeft gewekt
en dat de fractieleiders, zij het ook achteraf, zich hebben uitgeput in het
zoeken van een aannemelijke verklaring, hierin bestaande, dat men elkaar
over en weer op bepaalde verzuimen moest wijzen. Genoeg hierover.
Over de, volgens de afgelegde verklaringen, te verwachten samenstelling
van het dagelijks bestuur, meent spreker namens zijn fractie het volgende
te moeten opmerken.
De P. v. d. A. wil graag toegeven, dat het in gemeenten met een ge-
mengd kiezerscorps moeilijk is om een verdeling te creëren, die alle par-
tijen volledig kan bevredigen. En evenzeer, dat het in Heemstede extra
moeilijk ligt, doordat de V.V.D. en de K.V.P., naar zetelaantal gesproken,
ieder voor zich en tezamen een sterke positie innemen, zulks in tegen-
stelling tot de Prot. Chr. groepering en de P. v. d. A. De P. v. d. A. is zich