11 december 1958. 269
ning beter verteerbaar wordt voor de leden van de raad. Wij zullen een
ernstig onderzoek instellen naar de mogelijkheid om een statistisch over-
zicht te geven van de cijfers van de rekening.
De heer Rutgers heeft gesproken over een publicatie in Haarlem's
Dagblad terzake de toekomstige samenstelling van het college van bur-
gemeester en wethouders en hij heeft de suggestie gelanceerd of het niet
op de weg van het college lag om contact met de pers op te nemen. Ik
meen daaruit de conclusie te kunnen trekken, dat de heer Rutgers daar-
mede wil voorkomen wat geschied is. Ik geloof niet dat dit op de weg van
het gemeentebestuur ligt. Uiteraard is de pers vrij om de inlichtingen
waarover zij komt te beschikken, te publiceren. Wel is er natuurlijk een
journalistiek fatsoen. In deze lijkt mij de fout niet bij de pers te liggen.
Klaarblijkelijk zijn hier inlichtingen verstrekt die eigenlijk niet ver-
strekt hadden mogen worden. Het instellen van een onderzoek naar de
gang van zaken is natuurlijk uiterst moeilijk. Lezing van het stuk wet-
tigt het vermoeden dat inlichtingen zijn verstrekt. Het artikei is geen
weergave van hetgeen in de vergadering van 2 september 1958 hierover is
gesproken.
Ter aanvulling van hetgeen de wethouder van financiën daaromtrent al
heeft gezegd, wil ik nog mededelen, dat het college aan het subsidiebeleid
ernstig aandacht zal schenken. Burgemeester en wethouders stellen zich op
het standpunt, dat eigenlijk alleen datgene gesubsidieerd mag worden
wanneer er een direct gemeentelijk belang bij betrokken is. Alles wat
meer in het landelijke vlak ligt, achten zij niet voor subsidie in aanmer-
king te komen. Bovendien moet ook de noodzaak van subsidiëring blijken.
Op het gesprokene door mevr. van der Meulen inzake de buurthuizen
is reeds afdoende door de heer Verhoeven en ook in de memorie van ant-
woord van burgemeester en wethouders, geantwoord. Vooralsnog meent
het college dat buurthuizen zeker niet in deze gemeente moeten worden
opgericht. Mevr. v. d. Meulen heeft een en ander gekoppeld aan het speel-
tuinwerk, dat dan 's winters in de buurthuizen zou kunnen worden voort-
gezet. Burgemeester en wethouders zijn van mening dat dit werk ligt op
het terrein van het particulier initiatief
Door mevr. van der Meulen is voorts gevraagd naar een urgentielijst
voor kapitaaluitgaven. Burgemeester en wethouders hebben daarop in
hun memorie van antwoord al afdoende geantwoord. Wanneer een
dergelijke lijst zou worden opgesteld, zou deze toch een zeer betrekkelijke
waarde hebben. Aan een eens vastgestelde volgorde zou het college zich ook
nooit kunnen houden omdat nog altijd de bestedingsbeperking geldt. Het
hangt van de aard van het uit te voeren werk en de uitgaven die daarmede
gemoeid zijn af, of op een bepaald ogenblik een verklaring van geen bezwaar
kan worden verkregen. Zo zou het voor kunnen komen, dat gedeputeerde
staten bezwaar hebben tegen het afgeven van een dergelijke verklaring
voor een werk dat volgens de urgentielijst aan de beurt is, terwijl zij dit
bezwaar mogelijk niet zouden hebben tegen een werk dat daarop volgt.
Burgemeester en wethouders menen dan ook, dat een urgentielijst thans
niet gewenst is en hen te zeer zou binden.
De heer Verhoeven heeft gesuggereerd om alsnog te trachten bij de
provincie subsidie voor Groenendaal te krijgen. Zoals bekend hebben bur-
gemeester en wethouders op een dergelijk verzoek aan het Rijk een afwij-
zende beschikking gekregen, omdat voortzetting van deze subsidiëring con-
sequenties in zou houden voor andere dergelijke subsidieaanvragen. Bij
het Rijk kan daarvoor dus niet meer worden aangeklopt. Burgemeester
en wethouders zullen echter alsnog hun gedachten laten gaan over een
subsidieaanvrage bij de provincie.
Ten aanzien van het woonwagenkamp zijn verschillende wensen naar
voren gebracht. Het is alleen de vraag in hoeverre deze wensen verwe-
zenlijkt kunnen worden. Ook burgemeester en wethouders achten de toe-
