18 december 1958.
325
omdat hij dan zijn werk ook g-emakkelijker en met meer pleizier doet.
Burgemeester, er is uiteraard heel veel werk verricht in de afgelopen
periode. Ik zal daar geen opsomming van geven. Het is voor een amb-
tenaar en voor een hoofdambtenaar zeer zeker ook, buitengewoon pret-
tig dat hij daaraan zijn krachten mag geven en dat hij aan de voor-
bereiding daarvan mag deelnemen.
Daarmee zijn wij er echter nog niet. Er is dus wel veel gedaan, maar
dames en heren, er komt geen stilstand bij een gemeente. Het is ook
daar een dynamische toestand, er is altijd wat. U zult in de toekomst
nog veel te doen krijgen in het belang van de gemeente Heemstede. Ik
mag in deze kring u wel de kracht en de wijsheid toewensen om in de
komende tijd de gemeentezaken zodanig te behartigen, dat Heemstede
mag blijven wat zij al zovele tientallen jaren is geweest, n.l. een parel
aan de kroon van Kennemerland. Ik hoop dat het zo mag blijven.
Burgemeester, het werk van de secretaris is natuurlijk mooi, maar
hij is maar een mens. Uiteraard kan niet alles geproduceerd worden
door deze ene mens alleen. Hij heeft naast zich diverse figuren die hem
daarbij terzijde staan. Op de eerste plaats is dat natuurlijk het corps
ambtenaren ter secretarie, waar ik altijd een buitengewoon grote steun
aan heb gehad en daarnaast zijn dat ook de hoofden van de gemeente-
lijke diensten met hun ambtenaren, die hebben meegeholpen om het
werk dat gebeuren moet voor te bereiden. Aan deze grote groep van
personeel ben ik, dat wil ik toch wel graag in deze kring zeggen, uiter-
mate veel dank verschuldigd voor alles wat zij, met mij dus, voor de
gemeente heeft kunnen doen. Er wordt bij een begrotingsbehandeling
vaak dank gebracht aan het ambtenarencorps voor het werk in dat af-
gelopen jaar verricht. Van de zijde van de ambtenaren en door de secre-
taris, die de ambtenaren min of meer in deze kring vertegenwoordigt,
wordt daarop nooit gereageerd. Dat kan ook bezwaarlijk, maar bij deze
gelegenheid mag ik dan de raad wei dankzeggen voor het vertrouwen
dat hij steeds getoond heeft in de ambtenaren te stellen.
Tot het vele werk dat nog zal moeten gebeuren behoort o.a. de huis-
vesting van de gemeentediensten. Ook bij de laatste begrotingsbehan-
deling is weer naar voren gekomen, dat diverse diensten niet zo best
gehuisvest zijn. Mag ik dan op de raad het beroep doen om toch dit
punt vooral niet te vergeten? Is het dan zo gek als de secretaris vraagt
om daarbij aan het raadhuis, het huis der gemeente, speciale aandacht
te willen wijden? Men heeft dit raadhuis in 1906 gebouwd. Men heeft
het gebouwd met een vooruitziende blik, zodat wij daarin hebben kun-
nen groeien, maar op een zeker moment moet de gemeente er toch weer
toe komen om in dat opzicht nog eens weer wat te doen. Ik hoop dan
dat U het gebouw, waarin U als raad maandelijks bij elkaar komt, spe-
ciaal in Uw aandacht wilt houden.
Burgemeester, wat zou ik hier op het ogenblik nog meer zeggen. Ik
ben vol dankbaarheid dus voor de buitengewoon aangename sfeer waar-
in en voor de prettige manier waarop het werk verricht is kunnen wor-
den, voor de uitstekende verstandhouding die er altijd is geweest en
nog is. Ik hoop dat het afscheid met 1 januari mij niet al te moeilijk
zal vallen." (applaus).
Oudejaarswensen.
De Voorzitter zegt: „Dan wil ik besluiten met U alien recht geluk-
kige kerstdagen toe te wensen, voor U en voor de Uwen en de hoop
uitspreken, dat het nieuwe jaar voor U heel veel geluk en voorspoed
zal inhouden en dat gij met evenveel enthousiasme Uw publieke taak
zuit blijven vervullen. Heel veel geluk en heel veel voorspoed en gelukkia
uiteinde.