130
28 mei 1959.
over kunnen zeggen. Wat de schadeloosstelling aan de pachters betreft,
zou de afloop van de pachtovereenkomst kunnen worden afgewacht. Ten
aanzien van het terrein gelegen tussen Heemst. Kanaal, het Spaarne en
de Cruquiusweg, wordt gezegd, dat een bepaald gedeelte van het terrein in
eigendom is van het Rijk en het Seminarie en dat onderzocht zal moeten
worden of het Seminarie bereid zal zijn de grond te verkopen. Dat onder-
zoek heeft echter niet plaats gehad. Ook wordt er gesproken over schade-
loosstelling van pachters. Spreker is van mening, dat die kosten niet zo
hoog zullen oplopen dat het project onuitvoerbaar wordt. Deze gegevens
zijn toch eigenlijk niet voldoende uitgewerkt.
Ten aanzien van het terrein tussen spoorbaan en Leidsevaart wordt ge-
zegd, dat het aangekocht zal moeten worden en dat, ook al zal dat mogelijk
blijken, de kosten dan nog boven het aanvaardbare zullen uitgaan. Dit valt
zonder enig cijfer voor de raad moeilijk te beoordelen.
Ten onrechte is voigens spreker aan de Volkstuindersvereniging het ver-
wijt gemaakt, dat zij de mogelijkheden om met de heer Kluft tot overeen-
stemming te komen weinig heeft benut. Het terrein van de heer Kluft ioch
is slechts 2 ha groot; de huurprijs van f 3,per roe per jaar is veel te
hoog, terwijl in redeiijkheid van een volkstuinder niet kan worden verlangd,
dat hij een complex gaat aanleggen en inrichten dat slechts van jaar tot
jaar kan worden gehuurd. Volgens insiders is zelfs een huurtijd van 5 jaar
nog te kort.
Door de brief van burgemeester en wethouders is dus de oplossing van
het probleem geen stap verder gekomen. Burgemeester en wethouders stel-
len, dat het stichten van volkstuinen geheel op het terrein van het particu-
üer initiatief ligt. Een dergelijke uitspraak verliest echter belangrijk aan
waarde wanneer de vereniging met lege handen naar huis wordt gestuurd.
Dan wordt het noemen van het particulier initiatief eigenlijk alleen maar
een retorische uitspraak. Sprekers fractie zou deze brief dan ook bepaald
niet als het einde van het zoeken naar een bevredigende oplossing willen
zien. Zij zou een dringend beroep op burgemeester en wethouders willen
doen cm de wethouder van openbare werken uit te nodigen, gesecundeerd
door de directeur van openbare werken, aan de hand van de brief die thans
aan de orde is, het gehele vraagstuk nog eens door te nemen met het be-
stuur van de volkstuindersvereniging. Het lijkt spreker helemaal geen
bezwaar dat het bestuur van de volkstuindersvereniging vooraf inzage van
deze brief krijgt. De raadsleden toch mogen nu trachten enkele verstandige
dingen over deze zaak te zeggen, zij doen dat echter over de hoofden van
belanghebbenden heen. Spreker verwacht van een samenspreking als winst-
punt, dat over en weer begrip wordt gewekt voor de vele voetangels en
klemmen die er liggen, terwijl er dan grote kans bestaat dat de oplossing
dichter bij wordt gebracht.
In die bespreking zou ook nog eens nagegaan kunnen worden of het
niet mogelijk is een terrein in de gemeente Haarlemmermeer te huren. In
verband daarmede wijst spreker er op, dat Amsterdam met een terrein
bezig is in Ouder Amstel, en Haarlem in Haarlemmerliede en Spaarnwoude.
De heer Scheer veronderstelt het bekend, dat zijn fractie destijds het
eerst deze zaak ter sprake heeft gebracht, terwijl hij met voldoening con-
stateert dat de andere fracties zich daarbij hebben aangesloten.
Zijn fractie is dankbaar voor dit uitvoerige rapport, maar naar haar
mening is de zaak van de zijde van burgemeester en wethouders enigszins
te zwaarwichtig gesteld. Zij spreken van ophogen en egaliseren van ter-
reinen, fraisen, het graven van sloten, het maken van verharde paden, het
stichten van een centraal gebouw, maar volgens zijn inlichtingen veriangt
de volkstuinder dat alles niet. De volkstuinders vragen alleen de tussen-
komst van burgemeester en wethouders om voor geruime tijd een terrein
voor hen beschikbaar te stellen en de rest komt dan heus wel. Deze men-