162
25 juni 1959
De heer Verkouw vraagt of hij van de wethouder goed gehoord heeft
dat men na de voorgestelde verbouwing, ook bij uitbreiding van het mate-
riaal, zowel ten aanzien van openbare werken als ten aanzien van de
brandweer voor 10 jaar klaar is. Hij acht deze verklaring zeer belangrijk
vooi het bepalen van zijn stem. Want het zou ook kunnen zijn, dat men
een te verwachten uitbreiding beter nu reeds zou kunnen opvangen dan
°ver 10 jaar. Deze zou b.v. nu voor 30.000,— kunnen worden gebouwd
terwijl men over 10 jaar misschien 50.000,kwijt is.
Wethouder van Lent zegt, dat de instructies voor de brandweer op het
ogenblik in de zaal van het oude slot worden gegeven. Daar kan de instrue-
tie evengoed plaats vinden. Maar omdat burgemeester en wethouders de
garage toch uit wilden breiden in verband met het feit dat er 2 bovenwo-
ningen voor de chauffeurs moesten komen, is de garage iets breder ge-
maakt. De daardoor ontstane ruimte is voorlopig bestemd voor instructie-
lokaal. Indien over 5 jaar of later deze ruimte nodig zou zijn voor berging
van nieuw klein materiaal, dan kan deze verkregen worden door er eenvou-
dig een muur uit te halen en het aanbrengen van 2 deuren.
Ir. Tinbergen wil nog even ingaan op hetgeen wethouder Corver heeft
gezegd. Het is niet in spreker opgekomen om te verwachten, dat daar nu
maar direct mooie gebouwen kunnen worden geplaatst. Spreker heeft al-
leen de gedachte van de heer Zegwaart overgenomen dat er een groter
plan moet komen. Dat pian kan dan uiteraard, naar gelang van de finan-
ciële draagkracht der gemeente worden uitgevoerd, maar dan passen al
die stukjes in dat grote pian. Er is gezegd dat deze zaak zo geweldig ur-
gent is en dat daarmede geen maand kan worden gewacht. Uit het ge-
sprokene door de heer van Lent blijkt, dat de instructie van de brandweer
evengoed ergens anders kan worden gegeven. Men hoeft spreker er niet
van te verdenken dat hij een zaak voor de aardigheid gaat vertragen. In
afwachting van een nader onderzoek is het echter nu het moment om dit
voorstel aan te houden, want een bedrag van een ton is wel de moeite
waard. Als men nu zegt dit gaan we doen en verder gaat men plannen
maken, dan is het wel goed bedoeld, maar de vraag is of er dan wat van
komt. Spreker acht het nuttig dat deze zaak in de commissie voor open-
bare werken nog eens wordt bekeken.
De Voorzitter antwoordt, dat burgemeester en wethouders daar geen
enkel bezwaar tegen zouden hebben als men na een maand uitstel werkelijk
zou weten waaraan men toe was. Dat kunnen burgemeester en wethouders
niet weten. Ir. Tinbergen valt over het gesprokene door de heer van Lent
n.l., dat de instructie voor de brandweer wel elders gegeven kan worden
Tot nu toe vindt deze instructie elders plaats. Het is uiteraard voor de
brandweer veel prettiger om haar eigen home te hebben vlak bij het mate-
riaal dat zij moet bedienen. Doordat er 2 bovenwoningen werden gepro-
jecteerd kon de daardoor ontstane ruimte naast de garage voor instructie-
lokaal dienstbaar worden gemaakt, waarbij er rekening mee is gehouden
dat het Iater voor uitbreiding van de garage kan worden bestemd. Hier-
mede vervalt de vrees van de heer Zegwaart dat de ruimte in de garage
maar voor zeer korte tijd voldoende zou zijn.
Een andere kwestie is, dat in de gedachtengang van de heer Zegwaart
wel îets goeds zit. Hij nodigt burgemeester en wethouders uit om een plan
te maken waar de verschillende objecten die nog moeten worden uite-e-
voerd, zullen verrijzen of mogelijk kunnen worden ondergebracht, zodat de
raad weet waar hij aan toe is. Het college kan dat volmondig toezeggen.
Spreker vraagt nogmaals om niet tot uitstel van het agendapunt over te
gaan.
De heer Brink zegt, dat de voorzitter heeft gezegd, dat het instructie-
lokaal voor de brandweer later eventueel omgebouwd kan worden tot
