30 juli 1959.
173
Om moeilijkheden in de toekomst te voorkomen zou haar fractie burge-
meester en wethouders dringend in overweging willen geven diligent te
zijn ten aanzien van de bestemming van andere buitenplaatsen, met name
Eikenrode en Hertenduin. Bij vrees voor te grote financiële offers voor de
gemeente Heemstede alleen zou, omdat deze terreinen op het grondgebied
van Heemstede liggen, toch wel initiatief van haar kunnen uitgaan en zou
contact gezocht kunnen worden met b.v. de provincie en de contact-com-
missie voor natuur- en landschapbescherming. Te lang aarzelen zou ook
hier later zeer sterk betreurd kunnen worden.
Mr. l'liester zou de vraag willen stellen, wat men eigenlijk wil bereiken
met uitstel van de behandeling van dit voorstel. Bij deze zaak moet men
uitgaan van het feit, dat burgemeester en wethouders aan de Gereformeer-
de Bouwcorporatie voor Bejaarden alle nodige toezeggingen hebben ge-
daan, waardoor de verwachting is gewekt, dat de bouw van een bejaarden-
huis op Kennemerduin geen hinderpalen in de weg zouden worden gelegd.
Deze zaak is al geruime tijd in behandeling en nu komt men plotseling
met een soort van koppeling van 2 zaken. Wanneer in de handel een
koppelverkoop plaats vindt dan houdt dat verband met het bedingen van
een hogere prijs. Spreker houdt niet van het koppelen van zaken. Hij vindt
dat men iedere zaak op zichzelf moet bekijken. Natuurlijk hebben wel
enige dingen met elkaar connectie. Ongetwijfeld ligt Overbos naast Ken-
nemerduin en ongetwijfeld is er door de fracties afgesproken dat men zou
afwachten wat burgemeester en wethouders, na advies van een onpartijdige
planoloog, nader over de bestemming van Overbos zouden adviseren, maar
er is nooit gesproken over een combinatie met de zaak die nu ter beslissing
wordt voorgelegd.
Als argument om dit punt aan te houden wordt ook gebezigd, dat het
bestuur van „St. Bavo' bij aanhouding van dit voorstel niet in beroep zal
hoeven te gaan en dan zal deze zaak niet worden opgehouden. Spreker
vindt dat niet zo vreselijk belangrijk, want als men in hoger beroep zou
gaan is spreker er van overtuigd, dat burgemeester en wethouders en ook
gedeputeerde staten de goedkeuring van deze zaak zoveel mogelijk zullen
bevorderen.
Sedert 1930 is er voor deze terreinen een meldingsplicht opgelegd. Bin-
nen het kader van die meldingsplicht is dit plan, dat in principe is aange-
nomen en toegezegd, beter dan dat van een verkaveling van Kennemerduin
in villaterrein. Dat is ook nooit de bedoeling geweest, zoals mevrouw v. d.
Meulen zojuist gezegd heeft. Men kan dan ook niet verwachten dat dit
terrein er voor zal worden gebruikt. Daarom ziet spreker ook niet in wat
voor verschil het zou kunnen maken voor een eventuele bebouwing van het
Overbos wanneer aan dit plan uitvoering wordt gegeven. Het zou incorrect
zijn geweest wanneer burgemeester en wethouders en daar zou spreker
direct tegen geprotesteerd hebben uit zichzelf deze zaak hadden gekop-
peld en hadden gezegd dat zij het plan Kennemerduin nog niet wilden in-
dienen omdat zij zich nog moesten beraden over het Overbos. En het zou
ook incorrect zijn wanneer men de aanhangige zaak thans niet verder zou
behandelen, nu reeds lang in principe besloten is dat er op Kennemerduin
een rusthuis zal komen. Sprekers fractie acht het niet meer dan zakelijk
dat dit voorstel wordt afgehandeld en is gaarne bereid het voorstel van
burgemeester en wethouders te steunen.
Mtr. Butgers zegt dat de heer Zegwaart heeft betoogd, dat Overbos niet
bekeken kan worden los van Kennemerduin, terwijl mevrouw v. d. Meulen
heeft gezegd, dat men het Overbos hier buiten moet houden. Spreker vindt
het een beetje inconsequent van mevrouw v. d. Meulen, dat zij nog wel
even gaat praten over Eikenrode en Hertenduin, want spreker meent dat
die buitenplaatsen nog verder van Kennemerduin weg liggen dan Overbos.
Maar spreker is het verder met mevrouw v. d. Meulen van ganser harte