197 24 september 1959. X. BEËDIGING TOEGELATEN LID MEVROUW H. COHEN-KOSTER. Nadat mevr. H. Cohen-Koster door de heer van Kesteren en de gemeen- tesecretaris is binnengeleid, legt zij in handen van de voorzitter de ver- eiste eden af. De Voorzitter zegt: „Mevrouw. Het is mij een groot genoegen dat ik, namens deze verga- dering, U van harte mag gelukwensen dat U thans Uw plaats in ons midden kunt innemen. U bent voor velen onzer geen onbekende, want vele malen hebben wij reeds een beroep op U gedaan wanneer het ging om het gemeentebelang te dienen en dan was U altijd bereid om zitting te nemen in een of ander comité. Wij betreuren het dat deze vakature is ontstaan door het heengaan van een medelid, dat door ons zeer werd hooggeacht en wiens uittreden uit ons college zeer wordt betreurd. Wij zijn echter blij te weten dat het nieuwe raadslid haar beste krachten zal wijden aan het belang van onze mooie gemeente. Ik hoop dat U zich spoedig hier ten volle thuis zult voelen en een kracht ten goede zult zijn voor deze ge- meente". OVERLIJDEN OUD-WETHOUDER VAN HOUTEN Vervolgens zegt de Voorzitter: ,,Alvorens over te gaan tot de behandeling van de agenda, is het mij een droeve plicht woorden te wijden aan het verscheiden van oud-wet- houder van Houten. Gij weet het, wethouder van Houten heeft de laatste jaren zeer sterk tegen zijn ziekte gevochten. In 1949 tot raadslid en in 1952 tot wethouder gekozen, heeft hij zich ten volle aan zijn moeilijke taak van wethouder van financien en volksgezondheid gegeven. Nadat het met zijn gezondheid minder goed ging viel het hem moeilijk om zijn taak te vervullen, want hij was iemand die zich ten volle wilde inzetten en die een groot verantwoordelijkheidsbesef bezat. Doordat vanwege de centrale overheid zoveel belemmerende bepalingen werden gemaakt waarbij de fi- nanciële positie van de gemeente in het geding was, heeft hij vele zorgen gehad. Ik moge hier in het openbaar, nu mij daartoe bij zijn uitvaart niet de gelegenheid is gegeven, getuigen van onze grote dankbaarheid voor de jaren dat hij de gemeente zo goed heeft gediend. Zijn wens om tijdens zijn laatste gang nog even voor het raadhuis stil te staan, heeft ons allen diep geroerd. We hebben in stiile en eerbiedige hulde het hoofd gebogen toen dit plaats vond. Dit typeert hoezeer hij deze gemeente heeft lief gehad en hoezeer het werk van wethouder en raadslid zijn geheie hart had. Daar- uit blijkt ook hoe ontzettend moeilijk het hem moet zijn gevallen dat hij verleden jaar om gezondheidsredenen afscheid heeft moeten nemen. Wij mogen hem dan in stilte en dankbare eerbied gedenken. Uiteraard gaan onze gedachten op dit ogenblik uit naar zijn vrouw die alleen achterblijft, maar die zich ongetwijfeld geschraagd weet door de liefde en het mede- leven welke zij in de afgelopen tijd van velerlei zijden heeft ontvangen. Ik verzoek U hem enige ogenblikken in stilte te gedenken". De heer Vooren wordt door het lot aangewezen om bij eventuele stem- mingen het eerst zijn stem uit te brengen. II. VASTSTELLING VAN DE NOTULEN DER VERGADERING VAN 27 AUGUSTUS 1959. De notulen worden zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. III. INGEKOMEN STUKKEN. a. goedkeuring door gedeputeerde staten bij besluit van 26 augustus 1959,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1959 | | pagina 2