21
2e afd.
28 januari 1960.
VERBETERING DER OPENBARE VERLICHTING.
&.an de Raad,
In onze onlangs aan Uw Raad toegezonden nota betreffende in de naaste
toekomst noodzakelijk uit te voeren belangrijke werken deelden wij U
mede, dat het naar onze mening- aanbeveling verdiende elk jaar tot ver-
betering der straatverlichting in een deel der gemeente over te gaan.
In de eerste plaats zal deze verbetering tot stand gebracht moeten wor-
den door een algehele elektrificatie der openbare verlichting, hetgeen
neerkomt op de vervanging van 300 gaslantaarns door eiektrische licht-
masten.
Ook in vroeger jaren is de openbare gasverlichting reeds geleidelijk door
elektrische verlichting vervangen. E>e bestedingsbeperking maakte echter
enkele jaren geleden een afremming van het tempo dezer vervanging nood-
zakelijk. Thans achten wij echter het ogenblik gekomen U een voorstel
te doen tot een algehele vervanging der gasverlichting, zij het ook, dat wij
deze vervanging zouden wilien spreiden over een periode van vijf jaren.
De gasverlichting is, ondanks het feit dat de lantaarns geheel afgeschre-
ven zijn, kostbaar in exploitatie. De lichtopbrengst is gering en onvoldoen-
de voor de eisen, die het huidige verkeer aan de openbare verlichting stelt.
De gaslantaarns hebben een zodanige ouderdom bereikt, dat een stijging
der onderhoudskosten gevreesd moet worden. Het wordt voorts moeilijk
versleten of defecte onderdelen te vervangen, aangezien deze vaak niet
meer vervaardigd worden. Voorts bestaat de mogelijkheid dat door de
ouderdom der gasbuizen voor de lantaarns belangrijke gasverliezen optre-
den.
Ook uit budgetaire overwegingen behoeft de vervanging van de gas-
door elektrische verlichting niet op overwegende bezwaren te stuiten. De
totale exploitatiekosten der verlichting zullen hierdoor n.l. met een bedrag
van niet meer dan rond 4000,per jaar stijgen, waarbij rekening is
gehouden met de kosten van rente en afschrijving der aan te brengen
elektrische verlichting.
Deze laatste zal bestaan uit 367 aluminium lichtmasten van 6.5 meter
lichtpunthoogte, met de plaatsing waarvan in totaal een bedrag van rond
f 225.800,- gemoeid zal zijn. Genoemde lichtmasten zijn weliswaar duur-
der in aanschaffing dan stalen masten, doch hiertegenover staat dat zij
niet onderhouden behoeven te worden. De gemiddelde afstand tussen twee
lichtmasten bedraagt 35 meter, hetgeen voldoende kan worden geacht voor
minder druk bereden wegen. De verkeersintensiteit is in geen van de be-
treffende wegen bijzonder hoog, zodat overal volstaan zal kunnen worden
met T.L.-verlichting met behulp van 2 Iamps-armaturen van 20 watt.
Bij de verdeling van de projecten over de achtereenvolgende jaren worden
zoveel mogelijk bepaalde gedeelten der gemeenten tezamen genomen, aan-
gevuld met één of meer afzonderlijk in de gemeente lopende wegen, 'zodat
de kosten zo gelijkmatig mogelijk over de vijf jaren verdeeld worde'n. Een
overzicht van de wegen, waar nog gasverlichting aanwezig is en het jaar
waarin wij ons voornemen deze te doen vervangen door elektrische ver-
lichting is voor de leden van Uw Raad bij de stukken ter inzage gelegd.
Het in totaal door Uw College voor dit doel besehikbaar te stellen kapi-
taal van 225.800,stellen wij ons voor ten laste van de kapitaaldienst
van de begroting van het elektrieiteitsbedrijf te brengen en wel
in het jaar 1960 46.000,
in het jaar 1961 46.000^
in het jaar 1962 44.500!
in het jaar 1963 43.500!
in het jaar 1964 45.8O0!—