65
2e afd. 28 april 1960.
LOONCOMPENSAXIE IN VERBAND MET DE
HUURVEKHOGING INGAANDE 1 APRIL 1960
Aan de Raad,
In verband met de verhoging der huren met ingang van 1 april 1960
heeft de Minister van Binnenlandse Zaken ons in zijn circulaire d.d. 24
maart 1960, no. A 602/U 944 medegedeeld, welke compensatie hiervoor aan
het overheidspersoneel zal worden toegekend.
Deze compensatie zal voorlopig niet in de salaris- en loontabellen worden
opgenomen en derhalve als een nieuwe toeslag boven het salaris of loon
worden uitbetaald. Dit geschiedde eveneens met de compensatie voor de
huurverhoging 1957, welke echter ingaande 1 april 1960 in de salaris- en
loontabellen is geïncorporeerd.
De nieuwe huurcompensatie bedraagt 2Vit% van de wedde of het loon,
met een minimum van f 17,40 per maand of f 4,- per week. Aan deze toe-
slag is geen maximum verbonden.
Voor de nieuwe looncompensatie komen, evenals voor de huurcompen-
satie 1957, in het algemeen in aanmerking de mannelijke en ongehuwde
vrouwelijke werknemers van 23 jaar en ouder. Ook zij die 65 jaar of
ouder zijn zullen de looncompensatie ontvangen, zulks in afwijking van
de regeling welke op dit punt voor de huurcompensatie 1957 gold.
Voornoemde minister verzocht ons te bevorderen, dat voor het gemeen-
tepersoneel een overeenkomstige voorziening wordt getroffen.
Wij stellen U dan ook voor aan het personeel onzer gemeente een gelijke
Iooncompensatie als voor het rijkspersoneel toe te kennen en daartoe bij-
gevoegd ontwerp-besluit vast te stellen.
De plaatselijke commissie van overleg gaat, blijkens het voor U bij de
stukken ter inzage gelegde advies, met een en ander akkoord.
Heemstede, 8 april 1960.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
A. van Wingerde.
