27 oktober 1960.
300
of er ergens een grens voor het subsidie lag. Deze deelde toen mede, dat
het subsidiebedrag niet meer kon bedragen dan de helft van de opbrengst
van de vermakelijkheidsbelasting. De nieuwe raadsleden zijn daarvan
uiteraard niet op de hoogte, waarom de heer Kooijmans blijkbaar zijn
vraag heeft gesteld.
De Voorzitter zegt, dat dit een van de voorwaarden is geweest onder
welke een bijdrage kon worden verleend.
Mevr. van der Meulen gelooft, dat hier een misverstand heerst. Om te
motiveren dat er een subsidie in het exploitatietekort van het Minerva-
theater wordt gegeven, is indertijd aangevoerd, dat de opbrengst van de
vermakelijksbelasting uit het Minerva-theater dit wettigde. Maar een voor-
waarde als zodanig is het nooit geweest en zo is het ook nooit gesteld.
De Voorzitter zegt, dat het een richtlijn is geweest ter bepaling van de
grootte van het subsidie. Het komt spreker voor, dat het zo het beste om-
schreven is.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
V. VERKOOP PERCEEL LUCAS VAN LEIJDENLAAN 12
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
141. Verkoop perceel Lucas van Leijdeniaan 12
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor de financiën zich hier-
mede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdeiijke stemming vastgesteld.
VI. ONTSLAG EN BENOEMING VAN EEN LID DER COMMISSIE
TOT WERING VAN SCHOOLVERZUIM.
De aanbeveling is opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno.
142. Ontslag en benoeming lid van de commissie tot wering van
schooiverzuim.
Ir. Kooijmans zegt, dat bij de stukken waren gevoegd een brief van
burgemeester en wethouders houdende verzoek aan de heer Hoogwegt om
mede te delen of hij een eventueie benoeming tot lid van de commissie tot
wering van schoolverzuim zou aanvaarden, alsmede zijn bereidverklaring
daartoe. Ten aanzien van no. 2 van de aanveling, mej. Lageweg waren
deze stukken niet aanwezig. Gaan burgemeester en wethouders er van
uit, dat de raad toch wel no. 1 van de aanbeveling zal benoemen waarom
zij het niet nodig vinden dat de raad bijzonderheden kent van no. 2
De Voorzitter antwoordt, dat het geen alphabetische aanbeveling is.
Mej. Lageweg is onderwijzeres aan de St. Antoniusschool u.l.o.
De Voorzitter verzoekt de heren Vooren en Hopstaken met hem het bu-
reau van stemopneming te vormen.
De heer Schuitenmaker zegt, dat het hem de vorige keer bij het behulp-
zaam zijn bij het opnemen der stemmen is opgevalien, dat enkele leden
gebruik maakten van potiood en andere weer van rode of blauwe bali-
points. Na een paar stemmingen kon spreker als gevolg daarvan nagaan
hoe men gestemd had. Omdat het wel eens kan voorkomen dat een stem-
ming geheim moet zijn, zou spreker willen aanbevelen dat alle leden de
stembrief jes invullen met potlood.