337
15 december 1960
Volkskredietbank. Spreker moet zeggen, dat, als er nota's in de andere zin
van het woord aan hem worden gezonden, hij daar niet zo blij mee is.
Edoch, toen spreker deze geweldige nota zag, veranderde zijn vreugde in
droefenis. Bovendien bleek spreker, na inzage der stukken, dat het geen
nota was van zijn bloedeigen college van burgemeester en wethouders,
maar dat het eigenlijk een nota was van burgemeester en wethouders van
Haarlem.
De heer Verhoeven heeft het college bedankt voor de voortreffelijke
onderhandelingspositie die het zich ten opzichte van Haarlem heeft ver-
worven. Als spreker de achtergrond van de zaak goed begrijpt, dan gelooft
hij, dat burgemeester en wethouders hebben afgewacht wat er zou komen
en toevallig is dat niet zo gek uitgevallen. Dat er van het verwerven van
een goede onderhandelingspositie sprake is, betwijfelt spreker ten sterkste.
Bovendien moet spreker zeggen, dat hij er nog helemaal niet zeker van
is, dat alles nu zo gunstig zal verlopen als gemeend wordt. Hij denkt
er hierbij aan, of het rentepercentage voor de mensen die gaan lenen, op
den duur wel zo verschrikkelijk veel gunstiger zal blijven dan het per-
centage dat de voorgaande volkskredietbank berekende, hetwelk vaak
schandelijk hoog was. Als spreker het goed gelezen heeft, wordt ook nu de
mogelijkheid geopend om met het rentepercentage zo hoog te gaan als dat
voor de particuliere geldschietersbanken bij de wet is toegestaan en dat is
aanzienlijk hoog. Gezien het feit, dat er weer een nieuw gebouw, een
nieuwe directeur, een nieuwe staf personeel en een nieuwe kantoorinstal-
latie komt, is een verhoging van het rentepercentage in de toekomst lang
niet denkbeeldig.
De ontwerp-begroting van de nieuwe Volkskredietbank over 1961 is
sluitend. Spreker heeft die begroting niet bij de stukken aangetroffen. Hij
neemt aan, dat het college die begroting uitvoerig heeft bestudeerd. Hij is
dan ook erg benieuwd hoe de begroting nu sluitend komt terwijl de be-
grotingen van de vorige volkskredietbank nooit sloten. Daarbij komt, dat, i
om deze begroting sluitend te maken, er 33.000,als bate is opgenomen
afkomstig van de afwikkeling van de nog Iopende kredieten van de oude
bank. Dat is een post ten gunste van de nieuwe bank die wij zelf betalen,
want wij moeten de oude schulden van de oude bank meedragen en dus zal
Heemstede die 33.000,ook mede moeten dragen. Spreker vraagt zich
af of zodoende Heemstede niet dubbel betaalt. Als alleen maar de afwikke-
ling van de oude bank zou moeten worden betaald, had die oude bank met
haar eigen personeel kunnen afwikkelen hetgeen nu toch moet worden
betaald maar nu gaat het nieuwe personeel afwikkelen. Spreker zou graag
van de wethouder horen dat Heemstede niet dubbel behoeft te betalen.
Spreker ziet nog andere niet zo plezierige dingen in deze regeling. Zo
belast de bank zich tegen een percentage van 1 met het innen en uit-
betalen van pensioenen. Dat kan bij particuliere instellingen allemaal veel
goedkoper. De Spaarbank int pensioen en draagt het af zonder enige rente
te berekenen.
Spreker vraagt zich af, of door het college nu wel ernstig overwogen is
of er nog een andere weg mogelijk is. Hij zou toch wel graag van het -
college een echte nota ontvangen over de mogelijkheden die er zijn om het
anders te doen b.v. in eigen beheer of eventueel door een particuliere
stichting met garantie van de gemeente of op andere wijze. Nu heeft de
wethouder gezegd, dat zuiks in het komende jaar kan worden bekeken,
maar spreker vreest dat het dan weer in de decembervergadering op de
proppen komt en dat het dan weer te laat zal zijn om zich daarover rustig
te beraden. Spreker meent, dat een dergelijke nota wel binnen 3 maanden
kan worden opgemaakt, zodat de raad een en ander rustig kan bekijken.
De heer Verkouw zegt, dat, in tegensteling tot de vorige spreker, er bij
zijn fractie wel vreugde was dat de nota van burgemeester en wethouders
niet uitvoerig was, want waarom zou men het uitvoerig maken als het