26 januari 1961.
35
paalde onderdelen wel wensen en wordt er kritiek geleverd. De discussies
die hieruit zullen voortvloeien zullen voor burgemeester en wethouders de
richting bepalen voor hun beleid voor de toekomst. Spreker betuigt zijn
erkentelijkheid voor de dank die aan de ambtenaren van deze gemeente is
gebracht. Deze dank beperkte zich niet alleen tot degenen, die de omvang-
rijke arbeid voor deze begroting hebben verricht, maar strekte zich uit
tot de politie en de andere ambtenaren in deze gemeente.
De heren Rutgers en Pliester hebben gesproken over de samenwerking
met de omliggende gemeenten. De heer Rutgers heeft daarbij de ver-
schijning van het rapport Ter Veen gememoreerd. Burgemeester en wet-
houders hebben zich, naar aanleiding daarvan, tot Gedeputeerde Staten
gewend, omdat zij meenden dat het gemeentebestuur in deze op zijn qui
vive moest zijn. In hun antwoord hebben Gedeputeerde Staten bericht, dat
dit rapport niet de mening van Gedeputeerde Staten weergeeft en dat
het gemeentebestuur zich voorlopig geen zorg over het rapport behoeft
te maken. Daar staat tegenover, dat de gemeenten van Zuid-Kennemerland
dienen te beseffen, dat zij innig moeten samenwerken. De burgemeesters
van Haarlem, Bloemendaal en Zandvoort hebben hun grote genoegdoening
uitgesproken over het feit, dat deze intercommunale samenwerking groeien-
de is en nu zou men de gedachte kunnen hebben, waarom de burgemees-
ter van Heemstede dit niet heeft gedaan. Spreker wil er dan op wijzen,
dat hij verleden jaar daarover reeds zijn vreugde heeft uitgesproken. Hij
wil echter in deze vergadering nogmaals onderstrepen, dat burgemeester
en wethouders ten zeerste verblijd zijn, dat deze samenwerking groeiende
is en dat er bij alle gemeenten van Zuid-Kennemerland innige bereidheid
is om de problemen, die gemeensehappelijk zijn, onder de loupe te nemen.
Spreker deelt mede, dat binnenkort wederom een bijeenkomst van de
respectievelijke colleges van burgemeester en wethouders zal plaats vin-
den en dat in de vergaderingen van de burgemeesters van de kring Zuid-
Kennemerland bepaalde onderwerpen ter sprake zijn gebracht, die ge-
meenschappelijk dienen te worden geregeld. De heer Rutgers heeft in dit
verband een regionaal woonwagenkamp genoemd, welk onderwerp reeds
de aandacht heeft.
Verder zijn in de algemene besehouwingen de onderwerpen volkstuinen
en tehuizen voor chronisch zieke bejaarden, als gemeenschappelijk te
regelen, genoemd. Spreker zegt toe, dat ook deze beide onderwerpen daar
ter sprake zullen worden gebracht en zal worden bekeken of in deze iets
kan worden gedaan.
De heer Rutgers heeft gevraagd of er ten aanzien van speciaal de
samenwerking met de gemeente Bloemendaal iets loos is. Spreker kan
zeggen, dat dit in genen dele het geval is. Wêl hebben burgemeester en
wethouders zich ten aanzien van het plan de Ranitz steeds afzijdig gehou-
den. Hun taktiek in deze zaak is geweest om zoveel mogelijk de boot af
te houden. De volgens dit plan geprojecteerde weg zou uitmonden bij de
Manpadslaan, dan door een stuk van Groenendaal lopen om dan via Kadijk
en Glipperweg aan te sluiten op een brug over de Ringvaart. Burgemeester
en wethouders menen dat dit plan zo grote consequenties voor de gemeente
inhoudt, dat zij geen bereidheid moeten tonen om hieraan mede te werken.
Wêl heeft het college besloten om binnenkort met het college van burge-
meester en wethouders van Bloemendaal een vergadering te beleggen om
ook deze zaak nader te bespreken. In die vergadering zullen ook nog
andere kwesties onder de loupe worden genomen. Spreker kan zeggen, dat
er van een verkoeling in de verhouding tussen de gemeentebesturen van
Bloemendaal en Heemstede geen sprake is. De heer Rutgers behoeft daar-
omtrent dan ook niet ongerust te zijn.
De heer Rutgers heeft ook gesproken over het antwoord op vraag 51,
die gaat over een verkeerscommissie. Hij zal daar nog nader op terug-
komen. Spreker zal dan nog gelegenheid hebben hem daarover in te