26 januari 1961.
71
Punt 5
De heer Scheer zegt, dat zijn fractievoorzitter in diens algemene be-
schouwingen er op heeft gezinspeeld, dat in zijn fractie de grootst moge-
lijke meerderheid achter het voorstel van burgemeester en wethouders
staat. Spreker stelt er prijs op te verklaren, dat hij althans tot op dit ogen-
blik, de kleinst mogelijke minderheid daarvan uitmaakt. Spreker verklaart
zich principieel tegen verhoging van de straatbelasting. Spreker wil dat
met een enkel woord toelichten. De straatbelasting drukt op een betrek-
kelijk klein deel van de inwoners. Spreker laat even buiten beschouwing,
dat ook enkele institutionele beleggers nog een paar huizen in Heemstede
hebben. Het gaat dus om de particulieren, die in Heemstede een of meer
huizen bezitten. Daar zijn mensen bij, die hun spaargelden in huizen
hebben belegd. In het algemeen vindt spreker de straatbelasting niet fraai,
maar een heffing van een klein percentage kan er bij spreker nog door.
Maar om de straatbelasting onder de gegeven omstandigheden te gaan
verhogen staat spreker tegen. Met onder „de gegeven omstandigheden"
bedoelt spreker, dat burgemeester en wethouders aan de ene kant in hun
voorstel zeggen, dat de gemeente meer geld moet hebben terwijl zij aan
de andere kant voorstellen de gas- en eiektriciteitstarieven te verlagen. Als
het er nu op aankomt om geld te vinden, dan stelt spreker zich op het
standpunt, dat een winst op de levering van gas en elektriciteit helemaal
niet zo vreemd is en niet te verwerpen. De mensen, die het goed doen
kunnen zijn ook behoorlijke afnemers van elektriciteit. Zij die in kleine
huisjes wonen nemen weinig af. Daardoor krijgt men naar zijn smaak een
redeiijke verdeling van lasten ten einde de gemeente-huishouding in stand
te houden. Spreker vindt het principieel het enig juiste, dat één ieder, van
hoog tot laag, van arm tot rijk, deelneemt aan het in bescheiden of ruimere
mate fourneren van gelden voor de gemeentelijke huishouding. Dit is
sprekers bezwaar tegen de verhoging van de straatbelasting en dit temeer
nu zijn fractievoorzitter heeft gezegd, dat men de middengroepen en de
zgn. vergeten groepen niet mag wegcijferen. Spreker stelt er prijs op, om
juist voor dezulken op te komen.
Door de wethouder is gesproken van een geringe verhoging van de
straatbelasting maar dat doet voor spreker niet ter zake. Voor hem gaat
het om het principe. De heer Verhoeven heeft nog gezegd, dat het totaal
van de belastingdruk te hoog is. Dat is spreker volkomen met hem eens.
Nu er nog een besluit genomen moet worden is het beter het voorstel van
burgemeester en wethouders niet aan te nemen. Is de belasting eenmaal
verhoogd, dan is het erg moeilijk dit weer ongedaan te maken. Spreker zal
zijn stem niet aan het voorstel kunnen geven.
Mr. Rutgers zegt, dat de grootst mogelijke meerderheid van zijn fractie
het ongelukkig vindt, dat deze belasting moet worden verhoogd, maar dat
zij op dit moment, gelet op de gemeentelijke autonomie die wat meer in-
komsten eist; gelet op de verlaging van de gasprijs; gelet op de verlaging
van de inkomstenbelasting en gelet op de hopelijk binnenkort komende
nieuwe verlaging van de inkomstenbelasting, het verantwoord acht daarin
mee te gaan.
Wethouder Corver merkt op, dat hij, na wat de leider van zijn fractie
heeft gezegd en omdat dit punt al voldoende bij de algemene beschouwin-
gen is behandeld, er niet verder over zal spreken.
De Voorzitter stelt voor, omtrent de verhoging van de straatbelasting
nu een beslissing te nemen,
IV. le WIJZIGING VAN DE VERORDENING
HEFFING STRaATBELASTING
Het voorstel met ontwerp-besluit en toelichting is opgenomen in de ge-
drukte stukken onder volgno.