27 januari 1961.
103
groot complex huurwoningen met een lage huur te bouwen en deze be-
schikbaar te stellen voor Heemstedenaren. Het zal eerst dan mogelijk zijn
om aan de tafel te gaan zitten als de grond beschikbaar is waar die
woningen op gebouwd kunnen worden. Spreker ziet er een reële mogelijk-
heid in.
De Voorzitter attendeert er op, dat de heer Zegwaart van augustus af
zit te wachten op de premie en dat deze nog niet is toegekend. Dit project
moet nog worden opgezet en dan is het de vraag wanneer men ooit premie
krijgt.
De heer Kemp merkt op, dat het dan gewenst is de premie zo spoedig
mogelijk aan te vragen.
De heer Verhoeven wijst er op, dat er toch duidelijk is gezegd, dat voor
de goedkoopste plannen bij voorrang premie zal worden toegekend. Nu
mogen er 80.000 premie-aanvragen liggen, maar als hier een aantal wonin-
gen gebouwd kan worden dat goedkoop is, zal de premie-aanvrage mis-
schien vöôr die 80.000 gaan. Het is toch zeker wel de moeite waard te
bekijken of dit plan is te verwezenlijken.
Wethouder van Lent is gaarne bereid met de heer Kemp een onderhoud
over deze zaak te hebben.
De heer Kemp kan de wethouder op heel korte termijn met een zeer
serieus gegadigde, die ruimschoots over middelen beschikt, in verbinding
brengen en laat men dan bekijken welke mogelijkheden er zijn. Lijkt het
ons niets dan gaan we niet verder. Spreker heeft echter het gevoel, dat er
een behoorlijke kans van slagen is.
Wethouder van Lent gaat hiermede akkoord.
Punt 45
De heer Willemse leest in het antwoord, dat per 3 maanden ongeveer
gedeelte der woningzoekenden wordt geholpen. Dat zou betekenen, dat men
maximaal één jaar op een woning zou moeten wachten. Spreker vraagt of
dit ook geldt voor de jonge mensen die zich laten inschrijven.
De Voorzitter antwoordt, dat het aantal ingeschreven woningzoekenden
steeds wisselt.
De heer Willemse merkt op, dat wanneer men dus onderaan de lijst
staat, men toch binnen één jaar aan de béurt komt.
De Voorzitter antwoordt, dat men niet geholpen wordt naar het tijdstip
van inschrijving maar naar de mate van urgentie.
Punt 47
De heer Scheer zegt, dat over de schoorstenen gisteren al het een en
ander is gezegd. Er is dus een vertekening gekomen in de gebruiksmogelijk-
heden van de schoorstenen. Spreker vraagt zich af, of men zich bij open-
bare werken niet middels de vakbladen of op andere wijze van deze ver-
andering op de hoogte stelt. Als iemand in zo'n woning gaat wonen wordt
hem dan gezegd, dat hij alleen een bepaald soort kachel kan stoken?
Moet nu door de praktijk eerst blijken, dat de schoorstenen fout zijn?
Wordt openbare werken daarover niet op een of andere manier ge-
instrueerd
Mevr. van der Meulen wil zich bij de opmerking van de heer Scheer
aansluiten want het lijkt haar niet erg efficiënt, dat na enige tijd de
schoorstenen moeten worden afgebroken of op andere wijze ingericht. Het
antwoord van burgemeester en wethouders heeft haar erg bevreemd.