15 september 1961
274
noemelijk gelukkig. Ik heb het vanmorgen ook al gezegd, ieder mens,
ieder huis heeft zijn kruis. Ik heb het niet. Ik heb alleen maar geluk ge-
had in het leven. Ik dank daar God voor op mijn knieën. En dan denk je
aan al die noden en als je dan kunt helpen en dat kun je als burge-
meester dan is dat het mooiste wat er is.
Meneer de voorzitter, ik wil eindigen. Ik had eigenlijk nog zoveel méér
willen zeggen. Morgen gaan we weer verder. Dan liggen daar die proble-
men die U heeft opgesomd en dan moeten wij trachten te bereiken dat
zij gerealiseerd worden. We hebben daarvoor eikander intens nodig. Geef
mij ook in de toekomst Uw vertrouwen. Geef mij ook Uw hart, want ik
ben een man die moet voelen, dat de mensen mij mogen. Ik ben nu een-
maal geen verstandsmens, ik zal altijd als gevoelsmens door het leven
gaan. Ik zal alles doen voor U, blijf voor mij wat gij in het verleden
steeds geweest zijt. Ik dank U." (applaus)
De Vcorzitter zegt:
„Burgemeester, U hebt zoëven gezegd, dat verschillende dingen even-
goed tot stand zouden zijn gekomen als U er niet was geweest. Ik weet
niet of dat zo is. De wijze waarop wij met elkaar in het college van bur-
gemeester en wethouders en in de raad samenwerken, stel ik op zeer hoge
prijs. Ik heb reeds gezegd, burgemeester, dat de spontane medewerking
van de burgerij vandaag op deze feestdag het beste bewijs is, hoe Uw
werk hier wordt gewaardeerd. Ik twijfel er niet aan of in het verdere
verloop van deze dag zullen deze blijken van alle kanten naar voren
komen. Ik dank U en ook de heer van der Linden, dat U mij in de gele-
genheid hebt geste)d de vergadering op tijd te beëindigen, want om 3 uur
staan U weer ajtâere moeilijkheden te wachten. Ik wil de vergadering
sluiten met een..%oord van dank aan U allen."
D.e secretaris,
De voorzitter,