Hoewel dit bedrag minder is dan in de primitieve begroting voor het jaar
1961, toen 81.340,21 werd geraamd en dus de mogelijkheid bestaat, dat
het ontoereikend zal zijn voor de financiering van de uitgaven, welke in
de loop van het jaar noodzakelijk zulien blijken, zijn anderzijds de ra-
mingen in deze begroting minder scherp, dan die van het vorig jaar toen
het streven er op gericht was het tekort binnen aanvaardbare grenzen te
houden. Verwacht mag dan ook worden dat in de begrote bedragen een
zodanige speelruimte aanwezig zal zijn, dat een eventueel nodige aanvul-
ling van de post voor onvoorziene uitgaven mogelijk zal blijken.
Na deze beschouwing over het algemeen aspect der begrotingen lijkt
het ons goed bij de verschillende onderdelen daarvan nog enkele kantte-
keningen te plaatsen en Uw aandacht te vragen voor enkele verschillen
ten opzichte van de begrotingen voor het dienstjaar 1961.
In de eerste plaats enkele opmerkingen van algemene aard.
De ramingen voor de gemeentelijke gebouwen en woningen zijn thans
niet alleen afkomstig van het bedrijf voor Openbare Werken doch ook
van de gas-, duinwater- en elektriciteitsbedrijven. Door deze laatste wor-
den geraamd de kosten van gas-, water- en electriciteitsverbruik, het on-
derhoud van leidingen, van gasojaars e.d. en het onderhoud en vernieuwen
van armaturen en lampen.
In de begrotingen is verder met de invoering van prestatiebeloning
voor de ambtenaren op weeksalaris rekening gehouden in dier voege, dat
een gemiddelde toeslag van 8 op het salaris is geraamd. Mede door de
verhoging der door de gemeente voor haar personeel verschuldigde pen-
sioensbijdrage van 16,1 tot 21 en door de zgn. franjeverdeling voor de
ambtenaren op jaarsalaris zijn de door het bedrijf voor Openbare Wer-
ken geraamde arbeidsloonkosten van 1961 op 1962 verhoogd van f 3,40
op 3,72 per uur en de salariskosten van f 7,84 op 8,40 per uur.
Gemeente-begroting.
Hoofdstuk II.
Onder volgno. 02.150 is een bedrag van 5.000,— opgenomen om de
drie wethouderskamers een meer passend aanzien te geven.
Voor de verkiezing van leden der Provinciale Staten en van de gemeen-
teraad wordt op uitgaven gerekend tot een totaal bedrag van 10.750,
Voor de bevordering van het contact tussen en de recreatie van het per-
soneel der gemeente hebben wij onder volgno. 02.480 een bedrag van
3.000,geraamd. Wij stellen ons voor een regeling te treffen volgens
welke diensttakgewijs een bedrag per personeelslid van gemeentewege
beschikbaar wordt gesteld voor bepaalde aktiviteiten, die tot het be-
oogde doel kunnen leiden.
Hoofdstuk III.
Het ten laste der gemeente biijvende bedrag der politiekosten vertoont
ten opzichte van het vorig jaar opnieuw een stijging en wel met rond
/12.000,waardoor het tekort thans geraamd wordt op rond /67.000,
Deze stijging vindt wel in hoofdzaak haar grond in de hogere kosten
veroorzaakt door de uitbreiding van het aantal vervoermiddelen en de
gemotoriseerde surveiiiance, waartoe in verband met de invoering van de
vijfdaagse werkweek zal worden overgegaan.
Er bestaat echter gerechtvaardigde hoop, dat de vergoedingsnormen
van het „Besluit vergoeding Politiekosten 1950" op korte termijn een be-
langrijke verhoging zullen ondergaan, waardoor de vergoedingen het kos-
tenniveau iets meer zullen gaan benaderen.
Het normbedrag voor de bijdrage in de personeelskosten is al sinds