15 december 1961
457
de toch nog nodige herstellingen aan het rechterbouwhuis, niet met de
restauratie door willen gaan omdat het geheel zo tegenviel? Wat zit hier
eigenlijk achter Oorspronkelijk heeft Monumentenzorg gevraagd waarom
burgemeester en wethouders zich niet rechtstreeks tot Monumentenzorg
hadden gewend zonder de architect van der Mark in te schakelen terwijl
nu van Monumentenzorg een brief is ingekomen met de suggestie toch een
architect te nemen. Spreekster vraagt, wat Monumentenzorg indertijd heeft
gezegd over het plan Kok, dat spreekster al eerder heeft genoemd en door
mevr. Cohen ook is aangestipt en dat nu al jaren ligt te vergelen in het
archief. Eerlijk gezegd wil spreekster met dit betoog uitdrukken, dat haar
het beleid van het college in deze niet duidelijk is. Om nu eindelijk eens
schot achter de zaak te zetten wil zij de volgende motie indienen:
„De raad van Heemstede op 15 deeember 1961 in vergadering bijeen,
besluit ter zake van de verdere ontwikkeling t.a.v. het Oude Slot een
commissie ad hoc in te stellen, teneinde binnen 3 maanden aan deze raad
verslag uit te brengen, en verzoekt het college van burgemeester en wet-
houders uitvoering te geven aan dit besluit." (get.) E. M. A. Vriesendorp-de
Clercq, P. Zegwaart, J. W. Rutgers, H. D. Vooren, van Kesteren, Schuiten-
maker, J. Kooijmans, Th. Verhoeven, G. J. Willemse, A. C. Hopstaken,
O. A. Brink, M. D. Scheer.
Wethouder Corver zegt, dat wethouder van Lent en spreker indertijd
naar Monumentenzorg zijn geweest om deze zaak uitvoerig te bespreken.
Daar hebben zij een wat vage indruk van de zaak gekregen. Daarna is met
Monumentenzorg correspondentie gevoerd die lange tijd heeft geduurd.
Burgemeester en wethouders hebben een onbevredigend verhaal gekregen
en daar hebben zij een verduidelijking van gevraagd. Er kan nu wel een
commissie ad hoc worden ingesteld, maar spreker begrijpt helemaal niet
wat die commissie zal moeten gaan doen. De te benoemen leden zijn vol-
maakt ondeskundig op dit terrein en er zou dus advies moeten worden ge-
vraagd aan Monumentenzorg, althans een deskundig advies. Burgemeester
en wethouders hebben al aan Monumentenzorg gevraagd of het mogelijk is
de overblijfselen van het Oude Slot zodanig te herstellen dat verwacht mag
worden, dat deze een redelijke tijd in stand zullen blijven. Aangezien het
hier ook een financiële kwestie betreft moet de gemeente toch weten, wat
een en ander zal gaan kosten. Burgemeester en wethouders hebben, eerlijk
gezegd, na al die adviezen die zij van vroegere directies van openbare wer-
ken hebben gehad, de laatste tijd het gevoel gehad, dat zij op drijfzand lie-
pen. Zolang er geen deskundig advies van Monumentenzorg is gekomen,
kunnen burgemeester en wethouders niet verder.
De Voorzitter herinnert er aan, dat in de raadsvergadering waarin dit
punt is behandeld, daarover uitvoerig is gedebatteerd. Spreker heeft toen al
het mogelijke gedaan om een positieve toezegging, dat tot restauratie kan
worden overgegaan, van de raad te krijgen, maar die werd geweigerd. Hij
verschilt in deze volkomen met het standpunt van de wethouder van fi-
nanciën. Gelukkig dat de meningsverschillen zich beperken tot deze zake-
lijke dingen. Spreker blijft er bij, dat het toch eigenlijk uit het hele verloop
van deze zaak volgt, dat tot restauratie wordt overgegaan. Monumentenzorg
heeft indertijd de vraag gesteld, waarom Heemstede een architect had aan-
getrokken omdat Monumentenzorg zelf advies had kunnen geven inzake de
vraag of het reeds gerestaureerde was te behouden. Het restauratieplan was
geheel anders, want dat ging over de esthetische restauratie en niet over
de vraag of het bestaande te behouden is. En dat wil de raad juist weten. Nu
is een brief van Monumentenzorg ontvangen waarin wordt gezegd, dat het
verantwoord is de overblijfselen van het oude slot te restaureren maar dat
Heemstede door een architect plannen moet laten ontwerpen en dat daar-
na over die plannen overleg kan worden gepleegd met Monumentenzorg.