398
15 december 1961
beleid van de stichting sportparken doch op het beheer. De raad hoort te
weimg van de sportzaken. De stichting staat te ver van ons af. Spreker
meent, dat het verstandig zou zijn als burgemeester en wethouders daar
eens een nota over zouden schrijven. Laten burgemeester en wethouders
eens overwegen of het op een of andere wijze niet mogelijk is, de raad er
meer bij te brengen. Het is een terrein van gemeentelijke activiteit waar
de raad alleen maar de nare dingen van ziet. Het is öf een verzopen veld
op het sportpark öf het is een in elkaar gezakt zwembad. Dit is geen
kritiek, want het wordt echt met een goede bedoeling gezegd. Laten burge-
meester en wethouders er een nota over schrijven, dan kan de raad er
over praten.
Mevr. van der Meulen wil zich in de repliek laten leiden door de ge-
dachte van de heer Rutgers nl. om zoveel mogelijk punten die toch nog
aan de orde komen, bij deze algemene beschouwingen te laten rusten
Deze punten zijn dan de prestatiebeloning en de sportparken. Zij zal deze
onderwerpen dus bewust laten rusten.
Spreekster moet zeggen, dat zij met zeldzaam veel genoegen naar het
zeer verhelderende betoog van de heer Verhoeven inzake het vormen van
reserve en het lenen op de kapitaalmarkt, heeft geluisterd. De heer Corver
heeft over het vormen van reserve toch wel het een en ander gezegd dat
geruststellend was, vooral waar hij verklaarde, dat hij reservevorming niet
als een doel op zichzelf ziet en dat noodzakelijke werken zeer zeker uit-
gevoerd zullen worden. Spreekster zou wel graag de woorden en ge-
wenste" voor die werken geplaatst zien.
De heer van Wijk heeft gezegd, dat een zuinige huisvader nu eenmaal
met alles kan uitgeven wat hij heeft omdat hij moet sparen. Spreekster
zou de zumige huismoeder eens op het tapijt willen roepen. Zij gelooft dat
een zuinige huismoeder de zaak wel eens een beetje anders zai bekijken.
Lr zijn in een gezin spreekster wil dan, zoals de heer van Wijk dat
deed, het gezin vergelijken met de gemeentelijke huishouding moeilijke
jaren, b.v. wanneer de kinderen opgroeien en studeren, en er zijn ge-
makkehjke jaren m het vooruitzicht. Spreekster gelooft, dat er dan de
Y1001 zlJn om in moeilijke jaren iets meer te besteden dan eigenlijk
verantwoord is om zodoende het gestelde doel voor de toekomst te be-
reiken. Zij meent, dat dit niet iets speciaal van de huismoeder is, doch dat
er tal van huisvaders ook wel zo over denken. Men denkt vooral bii ge-
meentezaken en alles wat met beheer heeft te maken, altijd in de man-
nelijke lijn en men laat de vrouw lekker aan de kant staan
Spreekster wil nog even ingaan op hetgeen de heer Rutgers' heeft gezegd
over de werkgemeenschappen in de P.v.d.A, die hij wil zien als zuilen.
Hier îs de heer Rutgers volkomen mis. De werkgemeenschappen van de
P.v.d.A en het verwondert spreekster dat juist iemand van de V.V.D.
dat met ziet zijn ontstaan door precies dezelfde oorzaken die ook voor
fe'den- Men heeft nl- ln de V.V.D. en de P.v.d.A. mensen van
verschillende levensbeschouwing.
Dh komt in,de V.V.D. niet in werkgemeenschappen tot uiting en wel in
P v.d.A, al is niet ieder lid van de P.v.d.A. lid van één der werk-
gemeenschappen. Allen staan achter de politiek van de P v d A Maar in
de werkgemeenschappen tracht men zich rekenschap te geven, waarom
men op grond van geloofs- of Ievensbeschouwing juist lid is van deze partii
en men probeert tevens dit ook duidelijk te maken aan geloofsgenoten die
geen lid van de P.v.d.A. zijn. Dat is de waarde van deze werkgemeen-
schappen en daar zit niets in, dat op verzuiling lijkt. Integendeel verzuiling
is splitsing op grond van geloofs- of levensbeschouwing. Hier komen men-
sen met verschillende religieuze opvattingen samen in één politieke partij.
Ook meende de heer Rutgers, dat spreekster tal van deugden voor de
P.v.d.A. wilde reserveren die volgens hem ook in andere partijen voor-