15 december 1961 403 politie is motorisch beter uitgerust in verband met noodzakelijke mechani- satie en zo zijn er nog vele dingen te noemen waarvan men kan zeggen, dat Heemstede onder de omstandigheden zoals ze waren, heeft gedaan wat mogelijk was. Daarom gelooft spreker dat voor de vrees, dat het gemeente- bestuur op het geld zal gaan zitten en niet zal doen wat noodzakelijk is, geen enkele aanleiding bestaat. Spreker meent, dat daar nu niet meer over gepraat behoeft te worden. Over een eigen gemeentelijk belastinggebied zou spreker niet veel willen zeggen. Er zijn daarover nog geen algemene richtiijnen van de regering verschenen. Als spreker de gemeenteiijke financiën voor de nabije toe- komst in het licht van de nieuwe financiële verhoudingswet overziet er zullen ook nog afrekeningen binnenkomen over afgelopen jaren die zelfs iets gunstiger zullen blijken uit te vallen dan men gedacht heeft dan gelooft spreker, dat een eigen gemeentelijk belastinggebied voor Heem- stede niet noodzakelijk is. Spreker is het eens met de heer Rutgers als hij zegt, dat de raad het vorige jaar, juist in verband met de verschillende onzekerheden en nood- zakelijkheden die er ten aanzien van de financiën waren, welbewust heeft gekozen voor een, in verhouding tot andere gemeenten, betrekkelijk ge- ringe verhoging van de straatbelasting. Spreker gelooft, dat het toen een verstandig besluit is geweest. Hij wil er bepaald nu niet op terugkomen. Spreker zal niet ingaan op de breedvoerige besprekingen op het gebied van de partijvorming en dergelijke. Als spreker de heer Verhoeven goed heeft begrepen, krijgen we binnenkort één grote partij. Hij wil dat in gemoede afwachten. Naar aanleiding van het gesprokene door de heer Rutgers zou spreker nog willen zeggen, dat er nu eenmaal mensen zijn die principieel gezags- getrouw en mensen die principieel gezagsontrouw zijn. Spreker meent, dat het college altijd op het standpunt heeft gestaan, dat de raad het hoofd van de gemeente is en dat burgemeester en wethouders ook niet maar de schijn zouden willen wekken, dat zij het hoofd van, de gemeente zijn. De leden van het college zeggen wel eens tegen eikaar, pas op dat de raad dat niet hoort. Dat is het beste bewijs, dat zij de raad als het hoofd van de gemeente beschouwen. De raad zegt dat nooit. De raad zegt altijd, dat hij gekend wil worden. Spreker gelooft, dat die verhouding wel goed zit. Naar aanleiding van het betoog van de heer Verhoeven over de elek- triciteitstarieven, wijst spreker op het antwoord van burgemeester en wet- houders op vraag 13 luidende: „Ook wanneer rekening gehouden wordt met de te verwachten investeringen voortvloeiende uit het toenemend elek- triciteitsverbruik, dan nog zullen de toekomstige begrotingen van het elek- trieiteitsbedrijf naar onze stellige verwachting voldoende speling laten voor ëen bescheiden tariefsverlaging." Burgemeester en wethouders richten zich dus zeer bepaaldelijk op een verlaging van de elektriciteitstarieven. Hoe de situatie zal worden bij eventuele overdracht van ons elektriciteits- bedrijf aan het P.E.N. is een punt dat spreker gaarne aan de wethouder voor de bedrijven ter beantwoording zou willen overlaten. Spreker meent, dat overdracht aan het P.E.N. uit financiële overwegingen bepaald geen bezwaar zal ontmoeten. Deze kwestie zal natuurlijk in het college nog zeer uitvoerig moeten worden overwogen. Wat daar nu over gezegd wordt, zal dus als een zeer voorlopige meningsuiting moeten worden gezien. Wethouder van Lcnt zegt, naar aanleiding van de desbetreffende vraag van de heer Rutgers, dat het de bedoeling is in een volgende vergadering een toelichting op het plan in hoofdzaak met een overzicht van wat ten aanzien van de uitbreidingsplannen nog komende is, te geven. Voorts heeft de heer Rutgers gevraagd een enthousiast rapport uit te brengen over de verkoop van woningwetwoningen aan de bewoners. Spre- ker weet niet of het een enthousiast rapport zal worden maar hij wil toe-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1961 | | pagina 51