404
15 december 1961
zeggen dat het een objectief rapport zal worden. Het is aan de raad om
naar aanleiding van dit rapport een beslissing te nemen over het al of niet
verkopen van deze woningen.
Ten aanzien van het Oude Slot heeft de heer Pliester een ogenblik het
idee gehad, dat burgemeester en wethouders de raad met een kluitje in het
riet willen sturen. Dat is in geen geval zo. Een paar jaar geleden is het
rechterbouwhuis hersteld. Dat heeft nogal belangrijke bedragen gekost.
Burgemeester en wethouders dachten, dat zij hiermede voorlopig uit de
zorgen zouden zijn, tot plotseling ruim een jaar geleden het rechterbouw-
huis weer tekenen van verzakking begon te vertonen, zodat burgemeester
en wethouders zich hebben afgevraagd of zij met herstel daarvan moeten
doorgaan. Hierbij is toen Monumentenzorg ingeschakeld. Monumentenzorg
wil deze restauratie voor een zeer belangrijk gedeelte subsidiëren en men
heeft toegezegd, dat men deze zaak zou onderzoeken en een rapport daar-
over zou indienen. Spreker heeft zojuist al verteld hoe dit is afgelopen. Bur-
gemeester en wethouders werden terugverwezen naar een architect, terwijl
zij dachten dat Monumentenzorg met restauratieplannen zou komen.
Burgemeester en wethouders wachten op het ogenblik een nader rapport af.
Wethouder mr. van Wijk zegt, dat, wanneer hij zich in zijn antwoord
heeft laten verleiden tot het maken van enkele algemene opmerkingen over
de gemeentelijke financiën, hij graag wil toegeven, dat deze ten dele uit
een wederzijds elkaar niet begrijpen kunnen zijn voortgekomen. Spreker
wil er alleen nog van zeggen, dat het hem nog nooit gelukt is zijn leve-
ranciers te betalen met de wandtekst ,,Na regen komt zonneschijn". Met
mevr. van der Meulen is spreker van mening, dat redelijke verwachtingen
ongetwijfeld ook in het beleid van elk bestuur moeten worden ingecal-
culeerd.
Over de zuilenkwestie zal spreker niet veel zeggen, maar deze op-
merking mag hij zich toch wel veroorloven nl., dat van Simson, in zijn
oog de eerste zuilenverwoester, wordt gezegd, dat hij in zijn dood meer
mensen ombracht dan tijdens zijn leven, juist door de verwoesting van die
zuilen. Een woord ter overdenking waard.
Spreker geeft toe, dat het jammer is van de kosten die zijn gemaakt
voor het plan tot verbouw van het kantoorgebouw van de bedrijven. Was
dat niet gebeurd, dan was toch de vraag blijven bestaan of het niet zo had
gekund. Spreker gelooft, dat deze kosten daarom toch wel goed besteed
zijn. Op de vraag welke lijn het college zich voorstelt te volgen met be-
trekking tot de bedrijven en het kantoor van de bedrijven, kan spreker
antwoorden, dat burgemeester en wethouders voornemens zijn om het
magazijn, de technische afdeling en de administratie in één nieuw gebouw
onder te brengen. Spreker staat ook wel achter de mening, dat de urgentie
niet zo klemmend is als toen de administratie niet uit de voeten kon.
Wat betreft de prestatiebeloning, bestaat er toch wel een misverstand
bij de diverse sprekers. Zij mogen zeker niet denken, dat spreker hierbij
geen leiding zou willen geven. Als spreker ooit ergens waakzaam wil zijn
en zal moeten zijn, dan is het in deze zaak. Wat niet wegneemt, dat
spreker aanvankelijk een deskundige niet voor de voeten wil lopen zolang
deze zijn deskundigheid aan de zaak dienstbaar maakt. Maar dat wil zeker
niet zeggen, dat de resultaten van diens werkzaamheid niet zeer kritisch
zullen worden bekeken. Spreker is juist in deze zaak zeer ernstig van plan
de meest mogelijke leiding op te brengen, opdat niet een soort sectie op
onze ambtenaren op weeksalaris wordt toegepast. Het is een moeilijke
zaak, maar daarom zal destemeer ijver en waakzaamheid in deze worden
betracht.
De wethouder van financiën heeft al het een en ander over de bedrijfs-
tarieven gezegd. De heer Verhoeven heeft de suggestie gedaan of de
levering van elektriciteit niet kan worden overgedaan aan het P.E.N. en is