15 deeember 1961 439 dere gevallen meer kunnen bereiken. Spreker zou liever niet zien dat deze motie wordt aangenomen waardoor dan voor alle gevallen één lijn moet worden getrokken, want alle gevallen liggen verschillend. Mevr. van der Meulen kan zich voorstellen, dat, wanneer men bij een bepaald object 50 heeft gehaald, men bij een volgend object weer wat soepeler is. Maar men moet dit percentage toch wel heel sterk aanhou- den. De heer Verhoeven lijkt het voldoende, dat in de notulen wordt ver- meld, dat burgemeester en wethouders zich aan 50 zullen houden. De Voorzitter wil dit percentage zien als een algemene richtlijn voor het college. De heer van der Linden gelooft, dat er dan toch niet veel zal verande- ren. In het verleden zijn we er in de meeste gevallen bekaaid afgeko- men. Van zijn kant is er herhaaldelijk bezwaar gemaakt tegen het maar accepteren van wat de kopers aanboden, die natuurlijk zoveel mogelijk hun vrijheid willen behouden. Daardoor is veel woonruimte voor Heem- stedenaren verloren gegaan, die bij sterker aanhouden van het percentage zeker had kunnen worden behouden. Vroeger moesten 2 van de 3 huizen voor Heemstedenaren worden gereserveerd maar van lieverlee heeft men het percentage steeds lager gesteld. Spreker is er van overtuigd, dat er bij een percentage van 50 toch wel animo zal zijn om te bouwen. Als een percentage van 50 als richtlijn wordt gesteld, beginnen de bouwonder- nemers toch weer te chicaneren. Staat het percentage van 50 vast, dan valt er niet meer over te praten want dan is het een besluit. De Voorzitter zegt, dat zijn bezwaar is, dat, wanneer deze motie zou worden aangenomen, men zich houdt aan de 50 omdat dan aan de wens van de raad is voldaan. De raad ontneemt aan het college bij zijn onder- handelingen dan de mogelijkheid om meer uit de bus te halen. De heer Scheer voelt er niets voor het college in dit opzicht te binden. Deze zaken moeten van geval tot geval worden bekeken en dan spelen naar zijn mening de omstandigheden wel degelijk een rol. De Voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders nu weten hoe de stemming in de raad is. Zij hebben daar dus ernstig rekening mede te houden. Bovendien komt ieder voorstel tot verkoop van grond in de raad en men kan dan altijd besluiten er niet mede akkoord te gaan. Mevr. van der Meulen: ,,Als er dan maar niet gezegd wordt: dan raken we dit stukje grond niet kwijt." De Voorzitter: ,,Dat was een bijzonder geval." Mevr. van der Meulen zegt, ruim een jaar geleden een overzicht te heb- ben gegeven van het percentage woningen dat in dergelijke gevallen ten goede is gekomen aan Heemstedenaren. Dat zag er toen treurig uit. De heer Schuitenmaker merkt op, dat het ook nog de vraag is wat men onder een Heemstedenaar verstaat, vandaar zijn vraag om de te verstrek- ken gegevens te splitsen naar leeftijdsgroep en plaats van werkzaam- heden. De Voorzitter: ,,Laten we het niet moeilijker maken dan het al is." De heer Zegwaart vraagt of burgemeester en wethouders bereid zijn de raad een overzicht van de laatste 3 jaar te geven welke grond ver- kocht is en hoeveel van de daarop gebouwde woningen aan Heemstedena- ren ten goede zijn gekomen. De Voorzitter zegt toe, dat burgemeester en wethouders een algemeen rapport zullen samenstellen en dit aan de raad zullen overleggen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1961 | | pagina 87