15 december 1961
449
houders zijn wel in principe bereid op korte termijn een onderzoek in te
stellen. Om nu maar zonder meer te zeggen dat het gevraagde in orde zal
worden gemaakt, gaat z.i. niet aan, omdat burgemeester en wethouders
natuuriijk eerst willen weten wat een en ander zal gaan kosten.
De heer Brink zegt, dat hij de vorige maal, toen hij hierover sprak, ten
antwoord kreeg, dat het niet bekend was dat spreker hier zo vaak op had
geattendeerd. Nu geeft de wethouder ten antwoord, dat de begroting van
openbare werken voor dit werk bij spreker bekend moet zijn. Spreker heeft
nooit een plan gezien hoewel hij er herhaaldelijk naar gevraagd heeft. Hij
heeft zelfs de wethouder uitgenodigd samen ter plaatste eens een kijkje te
gaan nemen. Dat moet echter nog gebeuren. Spreker zou toch wel graag
zien, dat op korte termijn de gevraagde voorzieningen tot stand worden ge-
bracht. Op bevel van het gemeentebestuur worden de kinderen er op ge-
wezen, dat ze slechts met schone voeten op de nieuwe vloer mogen komen.
Om hun voeten te kunnen wassen moeten zij op een bank gaan staan en
dan komt het wel eens voor dat ze de wasbak stuk trappen. De vereniging
moet dan de kosten betalen. Dat vindt spreker niet juist en daarom acht hij
het toch wel nodig, dat burgemeester en wethouders nu eens een keer door-
zetten. Spreker vraagt het voor elke vereniging die van deze lokaliteit ge-
bruik maakt. Hier is geen sprake van een kleedgelegenheid, het is rond uit-
gedrukt een stal. Gordijnen zitten er zowat niet meer aan de wand, de
buitendeur hangt scheef, de ramen vallen er zowat uit. Spreker nodigt het
het college uit, samen eens te gaan kijken.
De Voorzitter zegt, dat de heer Brink niet kan verlangen dat nu wordt
toegezegd, dat er maatregelen zullen worden genomen. Burgemeester en wet-
houders moeten eerst weten wat de kosten zullen zijn.
De heer Brink: „Dit is al het derde jaar dat ik er over spreek."
De Voorzitter zegt, dat hier geldt „frappez toujours". Spreker hoopt, dat
de heer Brink dit het volgende jaar ook nog kan doen.
Wethouder Corver weet precies hoe de toestand in de Dreefschool is.
Daar hoeft hij niet naar te gaan kijken. Hij is overtuigd, dat daar iets aan
gedaan zal moeten worden. Datzelfde is op de Voorwegschool gebeurd,
maar daar was de oplossing veel eenvoudiger. Ongetwijfeld komt de Dreef-
school ook aan de beurt. Alles kan niet tegelijk.
De heer Brink zegt, dat het gymnastieklokaal dag in dag uit wordt ge-
bruikt. De wasgelegenheid moet nodig verbeterd worden. De kinderen moe-
ten daar op blote voeten rondspringen en worden dus vuil. Het is niet ver-
antwoord om ze zo weer naar huis te sturen.
Wethouder Corver zegt, niet terug te willen krabbelen, maar hij heeft
van het onderwijzend personeei nog nooit een klacht vernomen.
De hieer Brink merkt op, dat er pas een nieuw hoofd van de sehool is.
Bovendien wordt met schoolkinderen heel anders gewerkt dan met kinderen
die lid zijn van een gymnastiekvereniging. De eersten werken niet met blote
benen en een half ontbloot lichaam. Het moet wel, maar het wordt nooit
gedaan. Spreker heeft dit nog onlangs gezien. Hij heeft toen de opmerking
gemaakt, dat het wel leek of men in Siberië was. De kinderen waren n.l.
van de tenen tot de hals gekleed.
De Voorzitter zegt toe, dat burgemeester en wethouders deze zaak op
korte termijn zullen bekijken.
Openbaar buitengewoon lager onderwijs.
Punt 65.
Mevr. Van der Meulen zegt, in haar algemene beschouwing al gezegd te