43 29 maart 1962. in totaal 118 woningwetwoningen zijn gepland waarvan er 37 als woningen voor aflopende gezinnen kunnen worden gebouwd. Dit aantal is echter niet voorgeschreven. Spreker is het met het door de heer Willemse gesprokene over het be- grip buurt eens. Over de buurt door de heer Willmse bedoeld, werd in het verleden inderdaad denigrerend gesproken en spreker is het met hem eens dat zulks in de toekomst moet worden voorkomen. Resumerende dringt spreker er sterk op aan dit plan te aanvaarden. De Voorzitter wil nog eens onderschrijven, dat uitstel van dit plan een toestand zal scheppen die tot grote moeilijkheden aanleiding zou kunnen geven. Het volgend jaar zal men de beschikking moeten hebben over een goedgekeurd uitbreidingsplan opdat woningwetwoningen kunnen worden gebouwd. Naar aanleiding van de vraag van de heer Schuitenmaker wijst spreker er op, dat er wel vooroverleg met Höcker heeft plaats gevonden. Sprekers linkerbuurman heeft ongeveer een jaar geleden deze zaak met Höcker be- sproken. Het terrein van Höcker behoort uiteraard in dit plan, maar de ingebrachte bezwaren zijn nogal ingrijpend, zodat het beter is dit deel er thans buiten te laten. De ontworpen bebouwing van deze grond is niet urgent. Deze zaak ligt anders dan indertijd de kwestie Overbos/Kennemerduin. Spreker gelooft niet, dat gedeputeerde staten bezwaar zullen maken tegen het feit dat dit deel buiten het plan wordt gehouden. Ten aanzien van de behandeling van de bezwaren van mevr. Höcker heeft de heer Rutgers juridische bezwaren naar voren gebracht. Spreker wijst er op, dat, wanneer de schadevergoedingsverordening van toepas- sing wordt verklaard, mevr. Höcker ter regeling van de schade een beroep kan doen op de raad. Haar belangen zijn dan veilig gesteld. Anders ligt het natuurlijk ten opzichte van de bezwaren die ten aanzien van het andere stuk grond naar voren zijn gebracht. Er is verder nog even gesproken over de wijkgedachte. De heer Rutgers heeft zeer juist gezegd, dat de wijkgedachte ook kan leven en moet leven bij de bewoners van verschillende typen woningen. Hij heeft gezegd, dat tussen mensen van gelijke standing ook geen contact behoeft te bestaan. Reden te meer, dat de heer Rutgers geen bezwaar kan hebben tegen het feit, dat in wijken huizen van verschillende typen zullen worden gebouwd. Maar een wijkgedachte is iets anders. Het is een belangengemeenschap van alle inwoners van een wijk. Juist in deze tijd lijkt het spreker toch zaak, dat de verschillende groeperingen met elkaar in contact komen en b.v. samen een vereniging stichten of een commissie waarin de vertegen- woordigers van de verschillende groepen zitting hebben om gezamenlijk de belangen van de wijk te behartigen. Onder mensen van één bepaalde klasse is geen sprake van een wijkgedachte. Juist in een wijk waarvan de bevolking een afspiegeling is van de samenstelling van de gehele bevol- king, kunnen de verschillende groepen elkaar vinden en samenwerken. Dat is de bedoeling van de wijkgedachte. Spreker gelooft dat deze in het onderwerpelijke deel van de gemeente gerealiserd kan worden. Wethouder van Lent wil nog even terugkomen op de vraag van de heer Scheer of het niet mogelijk is het gedeelte waar de duurdere woningen zijn geprojecteerd, niet in dit plan op te nemen maar te zijner tijd op- nieuw te bekijken. Spreker wijst er op, dat gedeputeerde staten er op staan, dat voor een afgerond deel der gemeente één uitbreidingsplan wordt ingediend. De heer Scheer zal nu misschien wijzen op het terrein van Höcker dat uit het plan wordt gelicht, maar die zaak ligt heel anders. De heer Scheer gelooft dat môeten in dit verband een beetje te fors is gezegd. Door gedeputeerde staten zal de wens wel zijn uitgesproken. De

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1962 | | pagina 10