39
29 maart 1962.
dit opzicht niet eens. Hierbij komt weer de wijkgedachte naar voren. Tijd-
schriften op het gebied van de volkshuisvesting en stedebouw wijzen er
telkens weer op, dat de wijkgedachte niet is te verwaarlozen en niet is
te ontgaan. De overheid moet niet dwingend optreden om te verkrijgen wat
de inwoners eigenlijk niet willen. Door het bijeenbrengen van verschil-
lende typen huizen, gaat de eenheid van een wijk ook stedebouwkundig
verloren. Spreker is helemaal niet voor het bouwen van uniforme wonin-
gen, maar wel moet de eenheid van een wijk, al is die ook klein, worden
nagestreefd.
xerugkomend op het beleid van burgemeester en wetnouaers wijsl oijic-
ker er op, dat burgemeester en wethouders telkens slechts met één be-
paald uitbreidingsplan komen. Wanneer bouwondernemers in de gemeen-
i.e willen bouwen, worden zij gedwongen üaar te Douwen waar Durge-
meester en wethouders dat wensen. Er is geen vrije Keuze, men worar
geawongen. Dit acht spreker een groot bezwaar. Waarom stelt de ge-
meente niet meerdere uitbreidingsplannen tegelijkertijd vast? Er is wel
een uitbreidingsplan vastgesteld voor het terrein noordoostelijk van ae
componistenbuurt, maar daar wordt geen verdere uitvoering aan gege-
ven. Spreker zou burgemeester en wethouders dan ook in overweging wil-
len geven het plan Glip II geheel te doen bebouwen met woningwet- en
premiewoningen, goedkope woningen dus, maar daarnaast ook te komen
met een uitbreidingsplan waarin ae Douwondernemers voor ae douw în
de vrije sector meer keuze zullen hebben om naar hun eigen gedachte te
kunnen bouwen.
De heer Zegwaart is niet van plan nog eens in debat te gaan met de heer
Scheer over diens opvattingen ten aanzien van de woonwijken. Spreker
is van mening, dat er geen ghetto's moeten komen of althans niet een
zodanig uitbreidingsplan dat daar kans op is en ook geen ijzeren gor-
dijn. In dit uitbreidingsplan bestaat de mogelijkheid om woningwetwonin-
gen te bouwen die een huur van ongeveer 80,zullen gaan doen. Daar-
naast is er, in de omgeving van de woningwetwoningen, gelegenheid voor
premiebouw, huizen dus, die bestemd zijn voor mensen die rond f 100,
per maand kunnen verwonen. Spreker vraagt zich af of de leefgewoonten
van hen die x 80, huur betalen en van hen die f 100,of f 105,of
107,kunnen betalen inderdaad zoveel verschillen. Misschien heeft de
heer Scheer het oog op de bewoners van. de in geel aangegeven bebou-
wing, maar spreker heeft het oog op woningwet- en premiebouw. Daar
komt nog bij, dat in deze wijk ook woningen zijn geprojecteerd voor aflo-
pende gezinnen. Die aflopende gezinnen vindt men echt niet alleen maar
in één bepaalde bevolkingsgroep want die woningen worden ook gevraagd
door mensen uit middengroepen. Spreker zou dan ook willen afraden om
dit plan aan te houden om daarin wijziging aan te brengen. Spreker weet
niet of burgemeester en wethouders een zodanig plan hebben, maar als
dat zou gebeuren, zou dat weer een enorm oponthoud betekenen. Voordat
dit plan gerealiseerd zal kunnen worden, gaat er zeker bijna een jaar
overheen tenminste als de raad vandaag dit uitbreidingsplan goedkeurt.
Gebeurt dat niet dan duurt het vast veei en veel langer met als gevolg,
dat men in die tussentijd vastloopt met het bouwen van woningen.
Mevr. van der Meulen is zeer ingenomen met het plan dat burgemeester
en wethouders hebben voorgelegd. Zij vindt het een plan, dat aan vele
wensen beantwoordt. Hier krijgt men een mooi terrein voor de bouw van
woningwetwoningen in een voor de mensen prettige omgeving, hetgeen
spreekster erg belangrijk vindt. Ze is blij, dat er in dit plan gelegenheid
bestaat voor het bouwen van woningen in verschillende prijsklassen. Het
trekken van scherpe grenzen tussen hen die meer of minder huur kunnen
verwonen is h.i. een standpunt dat volkomen verouderd is. Zij kan het
ook niet een christelijk sociaal standpunt vinden. Zij gelooft, dat, wanneer