54b 4e Afd. 24 mei 1962. ONBEWOONBAAKVERKLAKING KADIJK 37 EN 38. Aan de Raad, Uit een ingesteld onderzoek is gebleken dat de percelen Kadijk 37 en 38 ongeschikt ter bewoning zijn. Van beide percelen is het metselwerk van de buitenmuren gescheurd en oritzet, terwijl het houtwerk van de vloeren, kozijnen, ramen en kap ge- deeltelijk is vergaan. Wegens het ontbreken van een deugdelijk trasraam en tengevolge van het doorslaan van de buitenmuren zijn de woningen zeer vochtig. Bovendien moet de slaapgelegenheid van de woning Kadijk 37, welke op de open zolder is ingericht, als gebrekkig worden aangemerkt. Voorts is het in de keuken gelegen privaat onvoldoende en op onhygiënische wijze ingericht. De slaapgelegenheid op de zolder van de woning Kadijk 38 levert, we- gens de aanwezigheid van een houten scheidingswand en de steile, moei- lijk begaanbare toegangstrap naar deze ruimte, bij brand meer dan nor- maal gevaar op voor de bewoners. Daarenboven is de mogelijkheid van toetreding van daglicht en lucht tot de slaapgelegenheid onvoldoende. Op grond van het bovenvermelde geven wij Uw Raad in overweging door vaststelling van bijgaand ontwerp-besluit de onderhavige woningen onbe- woonbaar te verklaren. De ontruimingstermijn voor de woning no. 37 kan, zoals gebruikelijk, op 6 maanden worden gesteld. Voor de woning no. 38 behoeft geen ontruimingstermijn te worden ge- steld, aangezien de bewoner gedurende twee aan de onbewoonbaarverkla- ring voorafgaande jaren eigenaar is. Behoudens nadere beslissing behoeft ontruiming niet plaats te vinden, zolang de bewoning door diezelfde per- soon als eigenaar voortduurt. Heemstede, 16 mei 1962. Burgemeester en wethouders van Heemstede, A. G. A. van Rappard. De secretaris, A. van Wingerde.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1962 | | pagina 11