87
-,
-,
4e afd.
26 juli 1962.
bebouwings-
maximum
minimum
min. en max.
minimum
categorie
bebouwings-
voorgevel
goothoogte
zijtuin-
diepte
breedte
breedte
A
9,00 m
8,00 m
4,00-6,00 m
6,00 m
B
8,00 m
5,50 m
4,00-5,75 m
1,75-3,50 m
C
8,70 m
6,00 m
5,50 m
1,50 m
D
8,00 m
5,00 m
3,00-5,00 m
E
8,50 m
5,50 m
4,50 m
F
8,50 m
6,00 m
3,50 m
4,00 m
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd van de gestelde maten voor
de goothoogte in categorieën A en B ontheffing te verlenen, met dien
verstande, dat de minimum en maximum goothoogte met niet meer
dan 1,00 m mag worden verminderd, respecievelijk vermeerderd.
Artikel 3
Achtererf.
Op de gronden, bestemd voor achtererf, mogen slechts worden ge-
houwd achteruitbouwen en bijgebouwen met inachtneming van de bepa-
lingen genoemd in de artikelen 5 en 6.
Artikel 4
Tuin, bos, openbaar groen.
De gronden bestemd voor tuin, bos en openbaar groen mogen behoudens
toepassing van de ontheffingsbevoegdheid, bedoeld in artikel 1, 5e lid
niet worden overdekt of bebouwd.
Artikel 5
Achteruitbouwen.
Een achteruitbouw, als bedoeld in artikel 2, lid 2, mag een breedte
hebben, gemeten evenwijdig met de achtergevel, van ten hoogste 40
van de achtergevelbreedte, een goothoogte van ten hoogste 3,00 m en een
diepte van ten hoogste 2,75 m, gemeten uit de van de weg afgekeerde
zijde van de bebouwingsstrook.
Artikel 6
Bijgebouwen.
De in artikel 3 bedoelde bijgebouwen moeten voldoen aan de volgende
voorwaarden:
a. Zij mogen geen grotere oppervlakte beslaan dan 18 m2;
b. De goothoogte mag ten hoogste 2,50 m bedragen;
c. Wanneer zij worden geplaatst achter een woning of woonruimte,
moet tussen beide een strook grond van tenminste 3,00 m breedte ge-
heel onbebouwd en onoverdekt blijven.
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van
het bepaalde sub a, b en c waar het betreft bijgebouwen, behorende bij
vrijstaande en dubbele eengezinshuizen met dien verstande, dat laatstbe-
doelde bijgebouwen geen grotere oppervlakte mogen beslaan dan 15
van het totale pereeel tot een maximum van 40 m2. Zij zijn bevoegd aan
deze ontheffing voorwaarden te verbinden.