13 december 1962.
245
een algemeen vaag antwoord, als gegeven op vraag 3 in de memorie van
antwoord. Liggen er in Den Haag foto's van de oude zwemvijvers zo
la de brochure van Haarlemmermeer ten aanzien van de woningellende
waarop duideiijk uitkomt hoe ,,in triest" en Heemstede onwaardig de
toestand is? Wat willen burgemeester en wethouders nog meer: een motie
van de raad, die U ter bevoegder plaatse kunt deponeren of persoonlijke
brieven van raadsleden aan kamerleden?; of een petitie van de Heem-
steedse bevolking? U kunt alles krijgen, want niet alleen de raad maar
de gehele bevolking is het wachten beu, Wij verwachten van Uw college
in het komende jaar een duidelijke en positieve leiding van een actie om
tot de bouw van de zwemvijvers te komen.
Voor ik nu nog enkele, andere, mij zwaar op de maag liggende punten
aansnijd, heb ik in het kort mijn beschouwing op de begroting in totaal te
geven. Deze kan gunstig luiden. Ik zeg dit ondanks de woorden van de
heer Verhoeven. Het vernieuwde college start in ieder geval met een wel-
gevulde buidel en met een begroting, waar veel mogelijkheden in zitten.
Het college is begonnen met het sympathieke gebaar om voor te stellen
de elektriciteitstarieven te verlagen. Veel meer dan een gebaar is het niet,
want het soelaas voor de bevolking is niet zo erg groot en komt op een
moment, dat dit soelaas niet zo heel erg nodig is. Ik bedrijf nu geen con-
junctuurpolitiek dat is een veel te groot woord maar er zijn tijden,
dat een uitgaven-besparing harder nodig is dan nu. Wij appreciëren de
verlaging derhaive zonder daarover wild verrukt te zijn en zonder dit punt
als enige maatregel in verband met de gunstiger geworden financiële
positie te aanvaarden. Op het voorstel tot verlaging zelf komen wij van-
zelfsprekend nog nader terug.
Welke andere maatregelen zijn er dan nog te nemen? Bij de voorberei-
dende behandeling der begroting is daarover uiteraard gedacht en gespro-
ken. De oplossing mag natuurlijk niet worden gezocht in een poging her
en der objecten te vinden, waaraan wij geld kwijt kunnen; dat zou een
finaal verkeerde politiek zijn. Wanneer ik aanneem, dat wij thans het
achterstallig onderhoud hebben ingehaald, komt mijn fractie allereerst
met de suggestie om werken, die toch moeten geschieden, in versneld tem-
po uit te voeren. Wij denken daarbij met name aan bestratingswerkzaam-
heden en wellicht hoewel dit tot uitdrukking komt in een aparte be-
drijfsrekening aan een versnelde verbeterde verlichting der wegen. In
dit verband gaarne een woord van huide voor de goede en snel uitgevoerde
verbetering der verlichting op de Zandvoortselaan; dit smaakt bepaald
naar meer.
Voorts laat ik het idee van de bestemmingsreserves toch niet los. Het
college wijst ook zelf op de belangrijke investeringen, welke ons te wach-
ten staan. Wanneer het raadhuis aan de orde komt weten wij niet, maar
de zwemvijvers moeten zeer binnenkort aan de orde komen; dat kan en
mag niet anders. Waarom dan niet nu reeds daarvoor een bestemmings-
reserve gekweekt Dat zou m.i. de begroting een reeëler beeld geven.
Er zijn voorts enkele punten, waarop ik het college wat meer visie op
langere termijn zou willen toewensen. Een visie, welke het college zou
kunnen doen schragen door gedegen rapporten van deskundigen; voor het
betalen van deze rapporten is nu ruimte en hier wordt werkelijk geen geld
over de balk gegooid.
Zo hebben de wethouder van Personeelszaken en ik al meer dan eens
gediscussieerd over de werkclassificatie en de prestatiebeloning. De wet-
houder heeft zich daarvan welbewust en consequent met een Jantje van
Leiden afgemaakt en blijkens het antwoord op vraag 5, laatste alinea, is
hij daar machtig trots op: „er komt toch niets van terecht en inmiddels
hebben wij op deze wijze een salarisverhoging geëffectueerd" is de teneur
van het antwoord. Het College vergeet dan echter naar mijn mening twee
dingen