13 december 1962. 253 Het voornemen van burgemeester en wethouders om in het komende jaar de raad diverse uitbreidingsplannen aan te bieden, wordt door onze fractie met vreugde begroet. Zoals welhaast vanzelf spreekt, doet zij hier- bij geen enkele uitspraak over de bestemming, die het college van plan is aan de terreinen te geven. Wêl wil onze fractie een dringend beroep op het college doen om bij het ontwerpen van de plannen vooral aandacht te schenken aan het uitsparen van gronden voor speelhoeken en speeltuinen. Aan het realiseren van de woningbouw, ware, voor zover burgemeester en wethouders daarop invloed kunnen uitoefenen, hoge prioriteit te ver- lenen. Reeds bij voorbaat kan het college in beginsel op de medewerking van onze fractie rekenen op de in voorbereiding zijnde plannen voor een ver- dergaande verbetering der straatveriichting. Wat het antwoord op vraag 54 betreft, om vooralsnog niet over te gaan tot het nemen van maatregelen tot voorzichtige vervreemding van wo- ningwetwoningen, schaart onze fractie zich gaarne aan de zijde van het college. Datzelfde kan zij niet zeggen van het meerderheidsstandpunt van bur- gemeester en wethouders op vraag 67, betreffende de melkvoorziening op de scholen. Hoe onze fractie over dit punt, zowel in het verleden heeft gedacht, als nu denkt, is voor geen tweeërlei uitleg vatbaar. Ten aanzien van punt 71 van het algemeen verslag, waarbij werd ge- pleit voor het in het leven roepen van een fonds ter verfraaiing van het dorpsbeeld en tot het storten daarin van een jaarlijks bedrag van 10.000,is van de leden van onze fractie, daarbij naar zij hopen ge- steund door anderen, een voorstel te verwachten. Tot zover dan. Ik zei reeds, dat onze fractie zich voorstelt nog op ver- schillende punten terug te komen en nader in te gaan bij de concrete be- handeling van de begroting. Vooraf wil onze fractie zich echter nog gaar- ne aansluiten bij de woorden door het college in zijn antwoord op vraag 5 geuit: ,,Dat alle gemeentelijke taken tot dusverre zonder bijzondere moei- lijkheden konden worden volvoerd, is zonder twijfel voor een belangrijk deel te danken aan de toewijding, waarmede door het personeel, van hoog tot laag, wordt gewerkt en waarvoor wij op deze plaats gaarne onze er- kentelijkheid willen betuigen." Wij spreken het vertrouwen uit, dat U ook in het jaar 1963 op deze medewerking zult mogen rekenen en dat het Uw eollege gegeven zal mo- gen zijn om met de nodige ambitie, voortvarendheid en ruimheid van blik en in een goede samenwerking met de raad zijn taak in het belang van de gemeente Heemstede en haar inwoners, te vervullen. Mr. Pliester zegt: Mijnheer de voorzitter. In verband met de weinige tijdruimte die speciaal voor de laatste spreker in deze reeks overblijft, zal ik me niet laten verleiden om op het gesprokene door voorgaande spre- kers in te gaan. Het kan niet anders of ik zal ook wel in herhalingen val- len. De memorie van toelichting bij de begroting vangt aan met een tevre- denheidsbetuiging van burgemeester en wethouders aan zichzelf, voor het feit, dat de begroting tijdig werd aangeboden en nog vöör 15 december 1962 kon worden behandeld. Ik moet mij scharen in de gelederen van hen, die het met het schema van burgemeester en wethouders niet eens zijn. Hun streven ten volle waarderend, wordt de raadsleden bepaald onvol- doende gelegenheid gegeven na afloop van de commissievergaderingen de zaken fractiegewijs te bezien. En na ontvangst van het afdelingsver- slag met de memorie van antwoord geldt hetzelfde. Termijnen van 2 en 5 dagen zijn daarvoor voor de raad onvoldoende. Het komt de te stellen vragen niet ten goede, noch de overweging van de antwoorden daarop. Tot nu toe werd ook nimmer zo'n korte termijn gegeven. Jammer genoeg zal de begroting dus in januari moeten worden behandeld, als de raadsfracties

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1962 | | pagina 23