14 december 1962.
343
gemeente het nieuwe onderzoek van de Voedingsraad heeft plaats gevon-
den. Dat is uiteraard bijzonder belangrijk.
Uit het gesprokene door mevr. Vriesendorp zijn z.i. geen nieuwe argu-
menten naar voren gekomen. Spreker meent, dat indertijd een van haar
grootste bezwaren was, dat de mensen het geld aan snoep uitgaven. Spre-
ker gelooft, dat er op het ogenblik nog veel meer wordt gesnoept dan vroe-
ger.
Indertijd vergde de schoolmelkverstrekking een bedrag van pl.m.
f 4000,waarbij de gemeente subsidie kreeg van het Centraal School-
melkcomité. Door dit comité zijn bepaalde riehtlijnen vastgesteld en het
geeft alleen maar subsidie als men daaraan voldoet.
Spreker heeft, ongeveer 4 jaar geleden, heftig gestreden voor hand-
having van het raadsbesluit om geen schoolmelk meer te verstrekken,
omdat hij meende dat die verstrekking in deze gemeente niet nodig was
en omdat hij de voeding van de kinderen zag als een taak van de ouders.
Spreker is die mening nog toegedaan. De ouders kunnen hun kind ook iets
anders b.v. een appel mee naar school geven.
Mevr. van der Meulen heeft gezegd, dat een groot percentage van de
volwassenen 's morgens iets gebruikt en waarom dan niet ook de kinde-
ren. Dit duidt op het vragen van gelijke rechten voor de kinderen. Dat
gaat spreker toch wel enigszins te ver.
Mevr. Vriesendorp zegt, dat zij in haar eerste spreekbeurt op een belang-
rijk ding heeft vergeten te wijzen, n.l. de betere kwaliteit van de melk.
Mevr. de wethouder heeft reeds gezegd, dat het de bedoeling is over te
gaan tot verstrekking van melk in bekers, de rietjes zullen niet smaakbe-
dervend mogen zijn, terwijl de betaling door middel van een bonnensy-
steem zal kunnen geschieden. De melkverstrekking zal alleen succes kun-
nen hebben als zij zô bij de schoolhoofden wordt voorgedragen. De melk
zal dan ook lekker zijn, niet opgewarmd maar behoorlijk van tempera-
tuur.
In de nieuwe brochure van de Voedingsraad staat ook, dat men vooral
moet zorgen voor een goede kwaliteit van de melk en een behoorlijke dis-
tributiemethode. De voorzitter heeft spreekster gevraagd in welke gemeen-
te het onderzoek door de Voedingsraad is ingesteld. Spreekster heeft op
dit punt echter een fout gemaakt. De cijfers 217 en 179 waren een verge-
lijking van het aantal liters melk dat per persoon in het gehele land ge-
middeld gedronken werd. Spreekster weet niet of de voorzitter indertijd die
217 liter melk zelf ook dronk. Maar er is inderdaad wel eens een enquete
gehouden onder schoolkinderen in een gemeente van dezelfde constellatie
als deze. De naam kan spreekster helaas niet zeggen.
Er is even over gesproken, dat er onder de doktoren nogal verschil van
mening bestond over het nut van schoolmelk. Dat was juist in de tijd, dat
hierover in de raad werd gesproken. Spreekster herinnert zich nog, dat
er toen over de waarde van de schoolmelkverstrekking veel pro en contra
is aangevoerd. Zij durft hier niet verder op in te gaan. Bekend zal wel zijn,
dat veel personen allergisch voor melk zijn die deze dus niet mogen gebrui-
ken. Spreeksters standpunt is, dat het gebruik van melk in de ochtendpau-
ze voor kinderen belangrijk is om een betere prestatie van hen te verkrij-
gen en niet omdat de kinderen precies hetzelfde moeten krijgen als vol-
wassenen. Het aan de kinderen meegeven van een appel vindt spreekster
een goed idee.
De heer Willemse heeft gezegd, dat, wanneer de ouders financieel niet
bij machte zijn om de kinderen voldoende melk te geven, het toe te jui-
chen zou zijn om juist die kinderen op school melk te verstrekken. Daar
heeft spreekster indertijd stelling tegen genomen. Zij gelooft dat er maar
een heel klein percentage ouders is, dat het geld uitgeeft aan waardeloos
voedsel of dat werkelijk vreselijk op alles moet beknibbelen. Ze zijn er
natuurlijk wel. Spreekster wacht met spanning de stemming af.