27 juni 1963
95
De heer Brandsma zegt, niet het woord te vragen omdat zijn fractie be-
zwaar heeft tegen dit voorstel, maar omdat hij in verband daarmede en-
kele opmerkingen wil maken.
In de raad is de laatste tijd nogal veel over uitbreidingsplannen gespro-
ken en dat wijst er wel op, dat er op dit gebied het een en ander te doen
is. Nu blijkt uit het voorstel, dat men beoogt de definitieve herziening van
het uitbreidingsplan ter hand te nemen. Spreker begrijpt wel, dat het
streekplan Zuid-Kennemerland, ten aanzien van bepaalde delen van de
gemeente, verhindert, dat definitieve herzieningen tot stand komen, maar
hij gelooft toch te mogen vragen of met de overige herzieningen wel de no-
dige voortvarendheid wordt betracht. Bij de begrotingsbehandeling is er
over gesproken of er eigenlijk wel ander bouwterrein in de gemeente aan-
wezig zou zijn om, wanneer het uitbreidingsplan Glip II niet tijdig zou
worden goedgekeurd, het toe te wijzen contingent woningwetwoningen te
kunnen bouwen. Ook de wethouder deelde die zorg. Het is daarom dat
spreker er op zou willen aandringen, dat met de definitieve herzieningen
de nodige voortvarendheid wordt betracht.
In dit verband heeft spreker nog een vraag. Indertijd is gezegd, dat het
uitbreidingsplan Glip II omstreeks april van dit jaar zou worden goedge-
keurd. Spreker meent zich te herinneren, dat de wethouder zelfs heeft ge-
zegd, dat hij niet vreesde dat bij gedeputeerde staten bezwaren tegen goed-
keuring aanwezig zouden zijn omdat bij dit plan geen tegenstellingen zou-
den bestaan met betrekking tot het streekplan. Het is nu eind juni, dat is
dus ongeveer 3 maanden later dan het tijdstip waarop de goedkeuring van
gedeputeerde staten op dit uitbreidingsplan had mogen worden verwacht.
Het is bekend welke zorg sprekers fractie heeft ten aanzien van de wo-
ningbouw. Bij de begrotingsbehandeling heeft spreker er op gewezen, dat,
wanneer hier niet de nodige voortvarendheid van de zijde van het college
zou worden betracht, het best zou kunnen zijn, dat we weer in het vorst-
verlet zitten voordat met de bouw van deze woningen een aanvang zou
kunnen worden gemaakt. Spreker vraagt zich af, of het streekplan toch
niet belemmerend werkt op de goedkeuring van gedeputeerde staten van het
uitbreidingplan Glip II. Hij vraagt of het college er zich van heeft over-
tuigd, dat inderdaad door gedeputeerde staten aan deze goedkeuring wordt
gewerkt. Is er wel eens van de zijde van het college aangedrongen op een
spoedige goedkeuring van het plan Nogmaals, spreker vraagt dit uiter-
aard vervuld van zorg voor de bouw van nieuwe woningen die dit jaar nog
in uitvoering kan worden genomen.
Wethouder Mr. Van Wijk antwoordt, dat het college, met de heer
Brandsma, de zorg over het nog niet afkomen van de goedkeuring van
het uitbreidingsplan de Glip II deelt. Zoals de wet toelaat, is de termijn
van goedkeuring nu reeds verlengd. Spreker meent, dat dit maar eenmaal
kan gebeuren, zodat de goedkeuring binnen enkele maanden zal moeten
afkomen, als het tenminste een goedkeuring is. Het college verwacht wel
dat het een goedkeuring zal zijn, omdat, voor zover zij hebben kunnen na-
gaan, dit uitbreidingsplan niet in strijd is met het streekplan op welk punt
dan ook. Het zou misschien kunnen zijn, dat er op een bepaald punt nog
wijziging van het plan wordt gevraagd, maar spreker meent dat het dan
zö gaat, dat het plan wordt goedgekeurd en dat het önderdeel waar be-
zwaar tegen zou bestaan er wordt uitgelicht. Maar zelfs dat verwacht het
college niet. Burgemeester en wethouders hopen dus nog steeds, dat de
goedkeuring tijdig afkomt om dan vöôr het vorstverlet, als dat komt, te
kunnen gaan bouwen. Spreker heeft al eens informeel bij gedeputeerde
staten navraag gedaan waar de goedkeuring blijft. Hij kreeg toen het vrij
vlakke antwoord, dat deze wel spoedig kon worden verwacht. Blijkbaar
wilde men zich niet aan een termijn binden. Spreker wil gaarne o'ok nog
wel eens officieel vragen wanneer die goedkeuring kan worden verwacht.