26 september 1963. 168 /18.499,is opgenomen. Spreker vraagt of de verhoging van de maxi- mum-pensioengrens hierop nog invloed zal hebben. De voorzitter antwoordt, dat dit het maximum-pensioenbedrag is dat men kan ontvangen. Wethouder Corver kan zich voorstellen, dat de heer Verkouw over deze gang van zaken zijn teleurstelling uitspreekt, omdat hij mderdaad vele malen heeft aangedrongen op een langere terugwerkende krachh Spreker wiist er op, dat voor de gemeente geen verplichtmg bestaat om deze pen- sioenen te verhogen, doch dat de mogelijkheid bestaat om dit te doen. De heer Verkouwï ,,Dat maakt het alleen. maar mooier. Wethouder Corver meent, dat het er vanaf hangt of het college de n°°fl- zakelijkheid van deze verhoging en het geven van terugwerkende kracht daaraan, aanwezig acht. Het college heeft uit bepaalde overwegingen ge- meend in dit geval dit voorstel te moeten doen, met een terugwerkende kracht vanaf 1 januari 1963. Het college heeft na ampele overwegmg geen aanleiding kunnen vinden een langere terugwerkende kracht voor te stellen. De heer Verkouw vindt dit een vrij mager antwoord van de wethouder. Het college heeft na ampele overweging besloten het met te doen maar welke overwegingen dat zijn laat de wethouder verder rusten Waarom moet Heemstede hier een uitzondering vormen op de rest van Nederland Wethouder Corver antwoordt, dat hem niet bekend is dat andere gemeen- ten een terugwerkende kracht als de heer Verkouw vraagt, zulien ver- lenen. De voorzitter zegt, dat het feit dat deze verhoging facultatief is ge- steld impliceert, dat iedere gemeente zelfstandig kan beslissen. Er kun- nen 'bijzondere omstandigheden zijn waarom men lange terugwerkende kracht geeft, maar er kunnen ook omstandigheden zijn die voor het col- lege aanleiding zijn te menen, dat deze voor Heemstede niet nodig îs. De heer Verkouw vindt, dat persoonlijke motieven hier helemaal geen rol mogen spelen. Nu de mogelijkheid tot verhoging van deze pensioenen met terugwerkende kracht er is, meent hij, dat zij aangegrepen moet worden. De heer Verhoeven wil het voorstel van de heer Verkouw steunen. Wethouder Corver zegt, dat de overwegingen van burgemeester en wet- houders waren, dat hier bedragen met terugwerkende kracht zouden wor- den uitgekeerd, die naar hun idee niet het meest passend zouden zijn ge- weest. Er waren geen gevallen waarin langere terugwerkende kracht wer- keliik noodzakelijk was. Wanneer de raad van mening is, dat aan deze zaak zonder aanzien des persoons een langere terugwerkende kracht moet worden gegeven, dan zouden burgemeester en wethouders eventueel be- reid zijn dit voorstel terug te nemen en een ander voorstel te doen. De heer Verkouw gelooft niet dat dat nodig is. Het gaat hier alleen om een langere periode van terugwerkende kracht. De voorzitter merkt op, dat de maatstaven in 1960 anders waren dan nu in deze verordening opgenomen. De heer Verkouw zegt, dat in deze verordening de zaak wordt geregeld vanaf 1 januari 1963. Het gaat dus over de periode 1 apnl 1960 tot 1 januari 1963. De voorzitter zegt, dat het volgende voorstel is ingediend. ,,Ondergetekenden stellen voor, de wet van 29 mei 1963 Stbl. 209 alsnog

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1963 | | pagina 13