19 december 1963. 248
waar voor sommigen de contouren van het „Oude Slot" als een spookbeeld
rondwaren en anderen in hun fantasie de Pons Pacis (de Vredesbrug) in
oude luister zien herrijzen er was eens een tijd en dat was geen sprook-
je, maar pure realiteit, dat de begrotingen van Heemstede jaar in jaar uit
grote tekorten aanwezen, die slechts door de steeds slinkende reserves
konden worden gedekt.
In plaats van in die dagen onmiddellijk in de financiële zorgen van
Heemstede te duiken, veroorloofden de fractievoorzitters bij het noe-
men daarvan gedenken we in eerbied de nagedachtenis van Mr. Pliester
zich in hun algemene beschouwingen afstand te nemen van de plaat-
selijke begroting om allereerst het gezichtsveld te verruimen en aandacht
te schenken aan hetgeen zich op politiek, maatschappelijk en economisch
terrein, nationaal en soms ook nog daarbuiten, afspeelde. Welnu, wanneer
er in die dagen gelegenheid was zich deze uitstapjes te veroorloven, dan
zeker dit jaar, nu het beeld van de begroting er bijzonder aantrekkelijk
uitziet. Ik heb dan ook niet misgetast, dat de vorige sprekers de hun ge-
boden kans om wat verder dan Heemstede te kijken, niet onbenut hebben
gelaten. Er zit altijd een element van verrassing in, waar de accenten
gelegd zullen worden. Die weten we intussen voor een deel.
Het is een hele stap om van sprookjes en dromen te komen tot de po-
litiek een zaak, die door veel lieden wordt afgedaan met het bijv. naam-
woord: vuil.
Is politiek werkelijk vuil, heeft onze fractie zich afgevraagd? Natuur-
lijk zij kan vuil zijn, zij kân bestaan uit koehandel, uit elkaar vliegen
afvangen, uit uitsluitend kijken naar het eigen partijbelang, en uit het
beoordelen van mensen alleen naar hun partijen.
Zö wenst onze fractie politiek niet te zien, al weet ze ook van afglijden
en uitglijden. Zij zou zich graag richten naar een woord van de bekende
Amerikaanse schrijver James Baldwin, die in een rede tot studenten van
een negeruniversiteit, getiteld: „Op zoek naar een meerderheid," heeft ge-
zegd: ,,De wereld ligt vöör jullie en het is niet nodig hem te nemen of te
laten zoals hij was, toen je op die wereld kwam." Wij spreken hier niet
over de wereld en over ons land, maar ook voor onze eigen kleine gemeen-
te kunnen wij alles trachten te doen om haar beter achter te laten dan
we haar vonden. En als we ons klein voelen en nauwelijks opgewassen
tegen deze taak door ons geringe aantal, dan laten we ons bemoedigen
door dezelfde schrijver, die in dezelfde rede heeft gezegd: „meerderheden
hebben niets te maken met aantal of met macht, maar met invloed, met
morele invloed."
Na vastgesteld te hebben, dat wij politiek in deze zin wensen op te vat-
ten, ga ik nader in op de politieke situatie in ons land.
Ik geloof, dat het van onze kant goed is heel reëel te stellen, dat de
P.v.d.A. bij de in dit jaar gehouden kamerverkiezingen een flinke veer
heeft moeten laten. De achteruitgang in stemmen- en zetelaantal kwam
voor de partij zelf als een koude douche. Maar ook de andere partijen
konden er nauwelijks een verklaring voor vinden. Natuurlijk waren er, die
het precies uit de doeken konden doen. Het zijn zij, die doen denken aan
zekere buurlieden, die altijd beter dan de ouders zelf weten hoe de kin-
deren opgevoed moeten worden. We kunnen hen laten rusten. Meer inte-
resseren ons de stemmen, zowel van mee- als tegenstanders, die het pro-
bleem serieus hebben benaderd en er nochtansevenmin zijn uitge-
komen.
De gevoerde verkiezingspropaganda van de P.v.d.A. was over het al-
gemeen modern van aanpak, fris van opzet en degelijk van inhoud
wellicht te degelijk waardoor de eigenlijke doelstellingen van de par-
tij te weinig uit de verf kwamen en niet tot de verbeelding van de kie-
zers spraken.
Het septemberjoktober nummer van de „Sociologische gids" was geheel
pnppasppa