136 4e afd 20 december 1963. de AANLEG OPEN SPEELGELEGENHEDEN INDISCHE BLTJRT EN PROVIN CIËNBUURT '63 Aan de Raad, De door ons college ingestelde speeltuincommissie heeft ons op 1 okto- lri ber j.l. een eerste rapport uitgebracht met voorstellen voor de aanleg van een tweetal speeltuinen. Uit dit rapport nemen wij het volgende over: „Overeenkomstig de haar bij de instelling gegeven opdracht heeft de commissie eerst nagegaan op welke plaatsen in de gemeente behoefte is aan speeltuinen en andere speelplaatsen. In een volgend stadium zal de commissie nog moeten onderzoeken in hoeverre door plaatsing van een enkel werktuig of iets dergelijks op bepaalde punten in de gemeen- te de speelmogelijkheden op straat kunnen worden uitgebreid. De commissie is tot de conclusie gekomen, dat op drie plaatsen een speelplaats moet worden ingericht enwel in de buurten waar ook thans reeds speeltuinen zijn geweest, t.w. Provinciënbuurt, Indische buurt en de Glip. Uit overleg met de besturen van de drie speeltumveremgmgen en uit gesprekken met een landelijke speeltuinorganisatie en de Haarlemse speeltuinverenigingen is haar gebleken, dat speeltuinen alleen levens- vatbaar zijn wanneer een beroepskracht in dienst is, die belast is met de spelleiding, groepswerk, leiding aan vrijwilligers e.d. Alleen m dat geval gaat de hele buurt zich financieel bij het werk interesseren, krijgt de speeltuin een blijvende functie en is toezicht door de buurt mogelijk. Voor Heemstede is een dergelijke organisatie met mogelijk en îs de bij uitstek aangewezen vorm de ,,open speelgelegenheid". In het bestek voor het bouwrijp maken van de Glip II is opgenomen het gereed maken van het oude speeltuinterrein voor speelgelegenheid. De commissie heeft het prematuur geacht thans reeds plannen op te stellen voor de inrichting van deze speelplaats. In dit stadlum kan zi] aiieen mededelen, dat de kosten van inrichting aanmerkelijk lager zul- len zijn dan die van de beide hieronder genoemde plannen: de speel- plaats aan de Glip is véél kleiner, terwijl het grondwerk thans reeds wordt verricht." De commissie stelt daarop voor over te gaan tot de aanleg van twee open speelgelegenheden en wel in de Indische buurt en de Provmcien- buurt. De speelplaats in de Indische buurt is ontworpen op het terrem naast het Oude Slot aan de Ir. Lelylaan en zal in de plaats komen van de voor- malige r.k. speeltuin ,,Kindervreugd" aan de Sportparklaan. De andere speelgelegenheid, gelegen in de Provinciënbuurt is geprojec- teerd op het terrein van de vroegere speeltuin aldaar. Beide speelgelegenheden zullen bestaan uit twee delen, t.w. een trap- veld en een verhard gedeelte; dit laatste bestaat uit een betegeld deel me werktuigen en een geasfalteerd gedeelte als rolschaatsenbaan. De kosten van inrichting zijn zeer beperkt gehouden. De opstallen bestaan uit vaste werktuigen, die jarenlang geen onderhoud vergen. Voor afschrijving en onderhoud zal dus slechts een gering bedrag nodig zrjn. De grote kosten worden gemaakt voor het grondwerk c.a. Het terrein in de Indische buurt is zeer ongelijk en laag en moet voor een deel (t.w. het te verharden gedeelte) worden opgehoogd; het terrein in de Provmcienbuurt vraagt bovendien een groot bedrag voor hekwerken, aangezien het ten dele aan water, ten dele aan bollenland grenst. Voorts is 40 50 van de kosten bestemd voor betegeling van de speelplaats en asfaltering van de rolschaatsenbaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1963 | | pagina 15