13
4e afd.
30 januari 1964
BEBOUWDE KOM INGEVOLGE DE BOSWET
Aan de Raad,
Bij de bepaling van de werkingssfeer van de Boswet en de gemeentelijke
kapverordening is van belang de grens van de bebouwde kom.
Ingevolge de Boswet heeft deze grens twee functies. In de eerste plaats
gelden de bevoegdheden van de Rijksoverheid alleen buiten de bebouwde
kom. In de tweede plaats zijn de bevoegdheden van het provinciaal en het
gemeentebestuur binnen de bebouwde kom groter dan daarbuiten.
Aanvankelijk verstond de Boswet onder „bebouwde kom" de bebouwde
kom, zoals deze ingevolge artikel 8 van de Wegenverkeerswet is vast-
gesteld.
Bij wet van 9 mei 1963, stbl. no. 246, in werking getreden op 15 juli 1963,
is de Boswet op dit punt gewijzigd. Thans moet Uw College bij door Ge-
deputeerde Staten goed te keuren besluit vaststellen, welke voor de toe-
passing van deze wet de grenzen van de bebouwde kom der gemeente zijn.
Het ontwerp-besluit moet gedurende 30 dagen ter secretarie voor een ieder
ter inzage liggen en de burgemeester moet de nederlegging tevoren in de
Staatscourant, in één of meer dag- of nieuwsbladen en voorts op de ge-
bruikelijke wijze bekend maken.
Aanleiding tot deze wetswijziging was de omstandigheid, dat de be-
bouwde kommen ingevolge de Wegenverkeerswet voor het doel, waarvoor
de wetgever deze in de Boswet heeft bestemd, niet in het gehele land
bruikbaar bleken, omdat een aantal colleges van Gedeputeerde Staten,
waaronder dat in onze provincie, niet een gesloten begrenzing van de
kommen ingevolge de Wegenverkeerswet heeft vastgesteld, maar volstaan
heeft met het aangeven van punten op de van en naar de wooncentra
leidende wegen.
Dit systeem leent zich niet voor de hantering van de Boswet, die uit de
aard van de door haar geregelde materie juist een afbakening van de kom-
grenzen in het terrein buiten de wegen verlangt.
Bij het ontwerpen van de grens van de bebouwde kom dezer gemeente
hebben wij overeenkomstig de suggestie van het college van Gedeputeerde
Staten zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de ingevolge de Wegenwet
geldende kombegrenzing. Slechts op enkele ondergeschikte punten zijn wij
daarvan afgeweken uit de praktische overweging, dat daardoor het gebied
van de bebouwde kom gemakkelijker kan worden omschreven.
Tegen het ontwerp-raadsbesluit, dat gedurende de daarvoor gestelde ter-
mijn ter inzage heeft gelegen, zijn geen bezwaren ingebracht.
Wij stellen U derhalve voor als grens der bebouwde kom dezer gemeente
in de zin van de Boswet vast te stellen de grens, welke op een voor U ten
raadhuize ter inzage liggende kaart in rood is aangegeven. Een ontwerp-
besluit voegen wij hierbij.
Heemstede, 22 januari 1964.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
A. van Wingerde.
