10 30 januari 1964 dachte om een rijwielpad voor beide richtingen aan te leggen, stelde men het argument, dat dan bij de uiteinden moet worden overgestoken. Spre- ker heeft daartegenover gesteld, dat het oversteken op andere plaatsen van de Van Merlenlaan nog veel gevaarlijker is. Als men naar Groenen- daal gaat, moet men b.v. altijd oversteken. Tegen het maken van een dub- bei rijwielpad aan de zuidzijde werd ook nog aangevoerd, dat er dan bo- men zouden moeten worden gerooid. Spreker heeft toen een ogenblik met het vraagstuk gezeten wat nu het voornaamste is, de veiligheid van de wielrijders of de bomen. Ofschoon spreker dus tegen dit voorstel wel be- zwaar heeft, zal hij toch voorstemmen omdat het vast iets is. De voor- zitter van de commissie voor openbare werken heeft spreker min of meer de toezegging gedaan, dat aan de noordkant het fietspad zal worden ver- hoogd waardoor het niet zo gevaarlijk zal zijn. Spreker is het met mevr. Cohen eens, dat dit vraagstuk hiermede nog lang niet is afgedaan en dat hier in de toekomst ook nog wel wat anders zal moeten gebeuren om de fietsers van oost naar west veilig te stellen. Ir. Frets zegt, dat de halfheid van deze oplossing wel vaststaat. Vol- gens spreker is in de commissie voor openbare werken wel degelijk het maken van een breed fietspad in plaats van een smal pad in discussie ge- weest. Maar er bestaat nu eenmaal bij velen de mentaliteit dat wie een boom rooit een misdadiger is. Men verzuimt hierbij te bedenken, dat men de stand van het hout toch altijd uit jonge en oude bomen moet laten be- staan. Spreker verwijst hiervoor naar de Spanjaardslaan in Haarlem. Spreker wil wel met het voorstel van burgemeester en wethouders mee- gaan, maar hij moet er toch wel op wijzen, dat de wethouder van open- bare werken in de eommissievergadering heeft toegezegd, dat het rijwiel- pad aan de noordzijde van de Van Merlenlaan opnieuw zou worden bespro- ken zodra een herbestrating van de Van Merlenlaan zou plaats vinden. De heer Willemse meent, dat het bezwaar van het oversteken door de wielrijders aan de uiteinden van de Van Merlenlaan toch niet zo zwaar weegt als het misschien lijkt. Nu reeds steken veei wielrijders, die van oost naar west rijden, de Van Merlenlaan over op de plaats waar men het Grotstuk ingaat. Een andere overweging tegen een apart rijwielpad zou kunnen zijn, dat men dan gemengd verkeer van wielrijders en bromfiet- sers krijgt. Misschien zou daarom overwogen kunnen worden om de brom- fietsers op de rijweg van de Van Merlenlaan toe te laten omdat zij in het algemeen gemakkelijk met het snelverkeer kunnen meekomen en dan het rijwielpad aan beide kanten van de laan alleen voor wielrijders te reserve- ren. Spreker gelooft, dat men daarmede de gevaarlijke toestand een eind zal hebben opgelost. De voorzitter zegt, dat wat de heer Willemse beoogt onmogelijk is. Wan- neer er een verplicht rijwielpad is, mogen bromfietsers niet op de rijweg rljden. De heer Willemse merkt op, dat hem verschillende gevallen bekend zijn waarin men de bromfietsen op de rijweg toelaat, ondanks dat er een ver- plicht rijwielpad is. Dan plaatst men een bordje bij het rijwielpad met een toepasseiijk opschrift. De voorzïtter maakt zijn excuus dat hij in deze niet onderlegd is. Dat komt natuurlijk omdat hij zelf geen auto rijdt. Burgemeester en wethou- ders hebben dit voorstel ampel besproken. Zij hebben gemeend met het voorliggend voorstel te kunnen volstaan omdat deze mooie laan als zoda- nig in stand dient te worden gehouden en niet een weg voor snelverkeer moet worden. Dan zou men de bocht er moeten uithalen, dan zouden bo- men moeten vallen en dan zou iets kapot worden gemaakt dat uniek is. Mevr. Cohen heeft verschillende suggesties gelanceerd die eventueel in de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1964 | | pagina 10