30 30 januari 1964 deze: „de uitzonderlijke wijze waarop u inhoud hebt gegeven aan het se- cretarisambt." „Ik heb bij uw 40-jarig jubileum al gezegd dat het secre- tarisambt een ondefinieerbaar ambt is. Er staat bijna niets van in de ge- meentewet. Alleen staat daarin vermeld, dat de secretaris de raad der ge- meente, het college van burgemeester en wethouders, de raadscommis- siën en de burgemeester behulpzaam moet zijn in alles wat het hun opge- dragen bestuur aangaat. Verder zwijgt de wet. Het is een ambt waar je iets van kan maken en de persoonlijkheid van de secretaris moet daaraan inhoud geven. Ik wil vandaag dan constateren, dat gij meneer Van Win- gerde, dit op een voortreffelijke wijze hebt gedaan. Dat zeg ik nu niet om- dat het zo hoort. Vaak wordt bij een afscheid meer gezegd dan volkomen strookt met de waarheid. Ik wil vandaag in mijn karakterisering van u juist de vinger leggen op het kenmerkende van uw werk. U had in uw werk als secretaris kunnen volstaan met te streven naar perfectionering van het ambtelijke administratieve apparaat, met een voorbeeld te zijn van plichtsbetrachting zoals u 38 jaar daarvoor reeds waart geweest, met de raad, het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester en de raadscommissiën behulpzaam te zijn en met raad en daad bij te staan. Als u dat alleen maar had gedaan hadden wij vandaag ook gezegd dat u een goed secretaris was geweest. Maar u hebt veel meer gedaan en dat niet uit machtsbegeerte, want dat lag u niet. U was wars van vleierij. U wilde zelfs niet in het gevlei komen. Toen u het ambt van secretaris aan- vaardde hebt gij uw vleugels uitgeslagen en u ten volle aan het ambt ge- geven en zo hebt gij de basis gelegd voor de vertrouwenspositie die gij de laatste 5 jaar hebt ingenomen. Daaruit is voortgevloeid, dat gij een zeer gewichtige rol hebt gespeeld in het gemeentelijk beleid. U bent door uw begaafdheid en deskundigheid voor de leden van de raad de vraagbaak en de vertrouwensman geweest. Men wist wat men aan u had want gij waart eerlijk en oprecht. U hielp ook wanneer u meende, dat de uitkomst mis- schien niet in het belang van de gemeente zou zijn. Het is goed om op een dag als vandaag in het openbaar te zeggen, dat u eigenlijk een volwaar- dig lid van het college van burgemeester en wethouders bent geweest. Goed, u retireerde wanneer de politiek om de hoek kwam kijken, want het was één van uw gaven dat u aanvoelde tot hoever u kon gaan. Doordat u een volwaardig lid van het college was, hebt u mede het gemeentebeleid gevoerd. Dat het college van burgemeester en wethouders dit toeliet burgemeester en wethouders zijn heus geen jongens die zich de kaas van het brood laten eten kwam door het vertrouwen dat het college in u stelde; omdat er grote waarde aan uw mening' werd toegekend en door uw nimmer aflatende zorg voor de gemeentezaken. Men kan een prima ambte- naar zijn, maar als men tot het ambt van secretaris wordt geroepen kan blijken, dat men helemaal geen goede secretaris is. Maar ik kan constate- ren, en ik weet dat ik spreek uit naam van allen die met u te maken heb- ben gehad, dat u eigenlijk werkelijk gelééfd hebt in de jaren van uw secre- tarisschap. Als werk gelukkig maakt, en dat maakt het, dan zijn deze laatste 5 jaren voor u de gelukkigste jaren geweest die u ooit hebt gehad. Ik weet dat het juist voor iemand als u, ongelooflijk moeilijk is als de dag van het afscheid komt. Och secretaris, het is het beste afscheid te nemen als je nog in de volle kracht van je leven bent, vol energie en geest- kracht, wetende dat je carriêre op een voortreffelijke wijze wordt afge- sloten en de waardering genietende van de raad, van het eollege van bur- gemeester en wethouders, de burgemeester en de ambtenaren. Die waar- dering zult u uw hele leven houden. De laatste tijd heb ik u ontweken. En als u dan toch bij mij kwam heb ik maar niet zoiets gezegd als: vandaag is het de laatste vergadering van burgemeester en wethouders, want ik wist dat u worstelde met het onontkoombare feit dat gij uw werk moest neerleggen. Ik ben blij dat u geworsteld hebt en ik ben ook blij dat ik tot

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1964 | | pagina 30