222
29 oktober 1964
stede", maar bij het lezen van het voorstel is spreker gebleken, dat het
gaat om de bouw van 12 premie-huurwoningen mogelijk te maken, waarbij
slechts aan het eind van het voorstel over de overdracht van de 88 wo-
ningwetwoningen terloops wordt gesproken. Spreker had verwacht, dat bij
de stukken nadere gegevens zouden zijn gevoegd, maar de raadsleden
hebben niet meer ontvangen dan wat ook aan de pers is toegezonden.
Spreker vindt het wel van belang te weten welk plaatselijk bedrijf voor
de woningbouw in Heemstede zo'n royaal bedrag beschikbaar stelt. Spre-
ker heeft zich afgevraagd of dat bedrag alleen uit belangstelling voor de
woningbouw wordt gegeven of dat er aan deze gift nog bepaalde voor-
waarden zijn verbonden.
Voorts vraagt spreker of voor deze 88 woningwetwoningen nu hetzelfde
blijft gelden als voor de woningen bedoeld in de nota over de verkoop
van woningwetwoningen. Hij heeft zich nl. afgevraagd of het nu niet mo-
gelijk zou zijn om van die 88 woningen een geheel blok aan de bewoners
te verkopen. Spreker zou daar een warm voorstander van zijn.
Wethouder Van Wijk antwoordt, dat dit voorstel is ontsproten uit de
zoveelste verrassing waarvoor het college kwam te staan met betrekking
tot het bouwplan Glip II. Er was een aannemer gevonden die het gehele
complex woningen voor een toegestane prijs zou bouwen, zodat burge-
meester en wethouders dachten dat de zaak nu rond was, maar dat bleek
helemaal niet het geval te zijn, want met betrekking tot de door „de
Haemstede" te bouwen woningen werden allerlei voorwaarden gesteld,
zoals in de toelichting omschreven, waaraan de vereniging niet kon vol-
doen. Zo is het voor het dekken van het exploitatietekort noodzakelijk,
dat er een reservefonds wordt gevormd, hetgeen verkregen kan worden
door daarin jaarlijks 7% van de jaarhuur van de woningwetwoningen te
störten. Maar dan moeten de woningwetwoningen eigendom van de bouw-
eniging zijn en niet alleen bij haar in beheer. Dit voorstel moet dan ook
geheel los worden gezien van de hangende kwestie inzake de verkoop van
woningwetwoningen aan bewoners van die woningen want dan zou men
het nu beoogde doel voorbijschieten. Deze 88 woningwetwoningen moeten
juist aan ,,de Haemstede" worden overgedragen opdat zij kan voldoen
aan de door de minister gestelde voorwaarden.
De vraag van de heer Brandsma beantwoordend, zegt spreker, dat dit
voorstel niet in een commissie is gebracht omdat zij, in de eerste plaats
een verrassing was, in de tweede plaats spoed had en in de derde plaats
omdat de secretaris niet wist in welke commissie dat dan zou moeten zijn.
Misschien zijn diens gedachten uitgegaan naar de commissie voor de volk-
huisvesting. Dat had gekund, maar het leek het college niet noodzakelijk.
Het betreft hier zo'n uitzonderlijk geval, dat dit als een zaak op zich-
zelf moet worden beschouwd.
Het overdragen van deze woningen aan ,,de Haemstede" kan spreker op
zichzelf niet fout vinden, integendeel, het is z.i. beter dat een woning-
bouwvereniging ook eigenares is van de woningen die zij beheert. Er is
al meer in de raad op aangedrongen, dat de woningbouwverenigingen
meer moeten bouwen dan de gemeente. Spreker vindt dat in wezen ook
gezonder, maar het kon in de na-oorlogse jaren eigenlijk niet in verband
met het toewijzingsbeleid van de woningen, want daar kwamen dan
weer allerlei moeilijkheden uit voort.
Later komt er nog een voorstel tot het verlenen van garantie in verband
met de bouw van premiewoningen. Dit voorstel loopt daarop vooruit. Bur-
gemeester en wethouders zouden met dat voorstel niet kunnen komen als
deze zaak niet rond was en de woningbouwvereniging dus deze 12 huizen
niet zou kunnen bouwen.
De heer Zegwaart is nieuwsgierig naar het bedoelde bedrijf. Spreker
vindt het beter maar geen namen te noemen. De woningtoewijzing is een